dinsdag 22 december 2015

Herinneringen van Hans (9): Ode aan de Japanse kersenbloesem (op de Oosterhei)

door Hans Smeekes

De toenmalige duplexwoningen
aan het begin van de Lepelaarstraat
met de Japanse kersenbloesem
in volle bloei

Ook nu nog kan ik lyrisch worden als de Japanse kersenbloesem zich in volle glorie toont.
Langs de Lepelaarstraat, waar ik mijn jeugd heb doorgebracht, stond het er vol mee. Overigens ook langs de andere straten in de vogel- en bloemenbuurt op de Oosterhei.





Zestien lentes (van mijn 6e tot 22e levensjaar) heb ik die bloesempracht mogen aanschouwen.
Vanuit onze huiskamer was de boom voor
het huis goed te zien
Ik werd er altijd vrolijk van.
Sprookjesachtig werd het.
Onze o zo simpele straat werd getransformeerd in een droomwereld.
Het was net niet echt.

 
Eén zo’n boom stond pal voor ons huis, voor nummer 29, waar we sinds april 1953 woonden. Dus ook van binnenuit kon je er van genieten.
Op de bovenverdieping, vanachter mijn bureau, dat pal voor het raam stond geposteerd, waaraan ik mijn huiswerk maakte, kwam het als ‘t ware massaal naar binnen als de bloei in volle gang was.


Maar: Het duurde maar even, dat gigantische roze bloemenboeket boven onze hoofdjes, want al snel begonnen de tedere bloesemblaadjes te vallen.
Het was dan alsof het sneeuwde.
Roze sneeuw dwarrelend in de lentewind.
Alsof alles werd gezegend.
Het trottoir, de tuintjes en een gedeelte van de straat werden dan in een mum van tijd roze gekleurd.

Ik kon dan weer eens helemaal wegdromen als ik de blaadjes door de lucht zag gaan.
Ik zweefde dan even mee met de tere fragiele bloesemblaadjes (waarschijnlijk naar verre landen) om even later tot de harde werkelijkheid van het huiswerk terug te keren.







Buiten gekomen moest je net als bij de echte sneeuw uitkijken om niet uit te glijden als het geregend had en er een roze smurrie op de grond was ontstaan. Mijn moeder was er niet zo happy mee, want de hele tuin lag er vol mee.

Lange tijd heb ik per abuis voor de bloesem de term Oost-Indische kers gebezigd. Ik denk dat mijn moeder daar debet aan was. Zij noemde het geloof ik zo. Ze hield veel van bloemen, ze was de tuinierster van de familie en hield een prachtige tuin (voor en achter het huis) bij, maar wat benamingen betreft kon ze er wel eens naast zitten. Maakt niet uit overigens: ‘What’s in name?’.

De essentie van de bloem blijft hetzelfde. Hij blijft even mooi, wat de naam ook is.


Overigens bestaat de naam Oost-Indische kers wel degelijk, maar daarmee wordt een totaal andere bloem aangeduid (een voortwoekerende bodembedekker met gele of fel rode klaproosachtige bloemetjes).
Ik denk zelfs dat mijn moeder die in de achtertuin had staan. Tussen de petunia’s, lupinen en margrieten.
Misschien vandaar de spraakverwarring. Maar het kan ook aan de kleine Hansje hebben gelegen, die e.e.a. niet goed had verstaan of begrepen. In elk geval zat het woordje Oost-Indische kers goed vastgenesteld in mijn hoofd in relatie tot de bloesembomen. En voedde het mijn interesse voor die onbekende mysterieuze kant van de wereld. Het oosten dus. En ik zat al een beetje in de richting, namelijk op de Oosterhei...

Mijn ouders voor het het huis aan de Lepelaarstraat
En wat de naam Oosterhei betreft: Terwijl ik dus langzaam iets met het oosten kreeg, had mijn moeder iets met hei. Zij kon namelijk helemaal lyrisch worden als de hei in volle bloei stond. Dat was altijd zo’n beetje in de late zomer. Die paarse gloed over het landschap dat vond ze geweldig. Dan gingen we vaste prik naar de Witte Bergen tussen Baarn en Hilversum.


Op een gegeven moment (ik denk dat ik toen al het huis uit was) had ze hei zelfs in haar voortuin. Ik denk dat het ‘t enige stukje hei was, dat toen op de Oosterhei nog te vinden was.





Daar waar ik nu woon (in het zuiden van het land) ontdekte ik het laatste voorjaar zo’n Japanse kersenbloesem bij mij in de buurt. Een kolossale boom overigens.
Ik moest toen gelijk aan de Lepelaarstraat denken. De boompjes van toen waren kleiner, maar ik zat gelijk weer in een andere wereld. Die van mijn jeugd.
We hebben er geen foto’s van. Dus heb ik onlangs er een tekening van gemaakt. Ik zat gelijk helemaal weer in de sfeer.







Voor de Japanners, die zo verbonden zijn met alles wat leeft in de natuur, is de bloei van de Japanse kersenbloesem (de ‘sakura’) het symbool van het voorjaar.



Een begin, dat van korte duur is, daarmee uitdrukkend dat we ervan moeten genieten voor het te laat is en dat alles onderhevig is aan invloeden die we niet allemaal in de hand hebben.

Het zijn de elementen als regen en wind en de zon die de duur van de bloei bepalen.

Het is een kwestie van overgave dus.


Helemaal de oosterse mentaliteit, die ik me inmiddels aardig heb eigen gemaakt, maar waarvan de zaadjes misschien al zijn gelegd door de Japanse kersenbloesem op de Oosterhei.



Ik (Hans, helemaal links) met twee van mijn broertjes 

Hans Smeekes

Vragen, opmerkingen of tips? Neem gerust contact op. Uiteraard kunt u groenegraf.nl ook volgen op Facebook en Twitter