vrijdag 21 maart 2025

Boer Beukeboom

Boer Beukeboom

Tot ver in deze eeuw stonden er boerderijen langs de Zandvoortweg. Van sommige van deze families heeft de naam (v.d. Vuurst, Staal, Zonneveld en Schothorst) nog altijd een vertrouwde klank in ons dorp. Ook boer Beukeboom woonde daar, hoewel zijn bouwland langs de Eemnesserweg lag. Een flinke strook, van wat nu de Wilhelminalaan heet tot aan de v. Heemstralaan.

Zijn land werd doorsneden door een bosje van eikenhakhout, waar nu de Ferd. Huycklaan loopt. Die grond was eigendom van Prins Hendrik.

Een hoek van zijn grond had een andere bestemming gekregen, die was namelijk in gebruik bij de bekende tuinarchitekt Ant. van der Helden als kwekerij. 

Boerderij eukeboom

Nadat een spoorlijn ons dorp rechtstreeks met Amsterdam verbond, werden er overal in Baarn villa’s gebouwd en ook landbouwer Beukeboom verkocht daarvoor een stuk van zijn grond. Op 17 oktober 1879 kocht de heer Redeker Bisdom 4,6 hectare in de hoek van die kwekerij. Toch zou het tot najaar 1881 duren, voor er met bouwen begonnen werd.

Waarschijnlijk zal de heer Redeker Bisdom de centjes goed hebben kunnen gebruiken, toen hij op 19 januari 1882 een halve hectare grond doorverkocht aan de heer J.C. Boldoot, de bekende fabrikant van (zoals men toen zei) reukwater. Op dat stuk aan de Eemnesserweg liet hij voor eigen bewoning de villa "Courbevoie" neerzetten. Later heeft vooral de tapijtknoperij van Edmont de Cneudt er vermaardheid gekregen.

Door financiële omstandigheden moest de heer Redeker Bisdom in 1889 zijn gehele Baarnse bezit verkopen aan de heer Bunge en aan een bouwmaatschappij.

Deze firma had namelijk inmiddels het bosje in het land van Beukeboom van Prins Hendrik gekocht. Het voetpad, dat door dit bosje liep, werd veranderd in een brede laan, door de gemeente vervolgens Ferd. Huycklaan gedoopt. Kort daarvoor was op 't Hoogt ook een laan tot Jacob van Lenneplaan aangewezen.

Om de tuin te kunnen besproeien liet de heer Bunge in 1890 een hoge ijzeren toren bouwen met een windrad, omdat het water oorspronkelijk met behulp van windkracht tot in het hoge reservoir opgepompt werd. Later werd aan de onderzijde een motor geplaatst, maar men bleef de tuin via de installatie besproeien.

De Baarnaars hebben jarenlang overigens hun eigen gedachte hierover gehad. Zij hebben dat privé-watertorentje nog jaren zien staan en dachten, dat het huis een eigen watervoorziening bezat. In werkelijkheid was de villa evenwel gewoon op de waterleiding aangesloten.

De heer Bunge overleed op 3 november 1904. Weduwe Mevr. Bunge-Cruys heeft nog 16 jaar in dit huis gewoond. Via via kwam het landgoed toen in bezit van F.E. Baron van Heerdt, die er in 1920 ging wonen en de naam veranderde in Benthuys. De overgrootvader van de nieuwe eigenaar heette Baron van Heerdt van ’t Benthuys en bezat de Havezathe ’t Benthuys in de omgeving van Vollenhove.

Overigens had mevr. Bunge eerder reeds (15 oktober 1907) niet ver van de Ferd. Huycklaan aan de Eemnesserweg een stuk grond verkocht aan de heer G. van Woudenberg, die er een huis op bouwde en een bloemisterij begon. Op 30 september 1919 kocht hij van haar ook nog een groot terrein achter de toenmalige Westerschool aan die Ferd. Huycklaan. Links Villa van de heer Bunge en rechts de boerderij Beukeboom.


villa van de familie Bunge





vrijdag 14 maart 2025

De verlengde Dalweg

 Uit de BC van 24-6-1985 "de verlengde dalweg"

Kerkhoflaan later Acacialaan

Voor de oorlog heeft de toenma­lige Oudheidkamer - min of meer de voorloper van de huidige Historische Kring - intensief getracht de Verlengde Dalweg om­ gedoopt te krijgen in de A. v.d. Heiden weg. Daar waren redenen genoeg voor aan te voeren. Hij was een bekende Baarnaar geweest. Ondermeer een kunst­ schilder met grote talenten. Voorts heeft hij geruime tijd in het witte huis aan deze laan gewoond, waar zich nu de familie Wijkamp-Goudswaard vestigde en deze Anthony van der Helden was ook de grondlegger van het grote terrein, waar ook nu nog aan deze laan een kwekerij gesitueerd is. De naam Anthony van der Helden kwam voort ter sprake, toen onze gemeenteraad op 17 de­cember 1874 de twee eerste makelaars in ons dorp benoemde. De andere persoon was de heer F.E. Rottier, bekend gebleven als de eerste exploitant van het Amaliahotel, dat later als "de la Promenade” en later de  "de Prom” funktioneren bleef. Die benoeming gebeurde dus kort na de opening van de ”Hol­landse spoorweg’’ tussen Amsterdam en Amersfoort, een gebeurtenis welke voor Baarn van enorm belang zou zijn en waaraan ons dorp een snelle groei te danken had. 

Nu worden makelaars overigens allang niet meer door de gemeenteraad benoemd. De komst van die spoorlijn bracht veel werk voor Anthony van der Helden, want (ook dat!) deze bekwame tuinarchitekt is verantwoordelijk voor het fraaie parkje op het Stationsplein - nog altijd staat het jaartal 1874 op het hek van dit Amaliapark - en in 1886 werd hij belast met het aanleggen van een spoorlijn, wat in Baarn met het nodige chauvi­nisme, onze "spoorweg- boulevard” genoemd werd. Deze Spoorweglaan - direct na de Tweede Wereldoorlog omge­doopt in Gerrit van der Veenlaan, de gefusilleerde Amsterdamse verzetsstrijder, die in de jaren voor de oorlog de ontwerper en beeldhouwer van het Emmamonument aan deze laan was - kreeg inderdaad een bijzonder geslaagde beplanting, inclusief rustieke doorgangetjes, waarvan nog altijd de overblijfselen te vin­den zijn. Die naamsverandering van de Verlengde Dalweg was niet zo onverstandig. 

Diverse bewoners hadden het gemeentebestuur reeds op de onhoudbare situatie daar gewezen en op aanpassing aangedrongen. Terecht dat het aloude begrip van ‘Valletje” niet verloren ging en in de Dalweg ge­handhaafd werd. Maar samen met een Verlengde Dalweg en tussen die laan en de Zandvoortweg ook nog de Dallaan (!) was eerlijk gezegd een beetje te veel van het goede. Toch duurde het tot eind 1951 voor de ambtelijke molens ook hier ’’uitgemalen” waren, want tenslotte werd besloten nog meer bomennamen in deze buurt te kiezen. De vroegere Kerkhoflaan was reeds herdoopt in Acacialaan, waar nog niet zo lang ge­leden een Plataanlaan aan toe­ gevoegd werd. Voor de Verleng­de Dalweg koos men Berkenweg, terwijl de Zandvoortlaan toen Ei­kenweg kwam te heten en de Dal­weg veranderd werd in Beuken­laan. 

Het is zo voor iedereen wel minder verwarrend geworden. Gelijktijdig met deze gewijzigde namen in de "bomenbuurt' werden nog drie straten omgedoopt. De Oosterdwarsstraat kwam in dat jaar Westerstraat te heten, de Noorderdwarsstraat logi­scherwijs Zuiderstraat. Ook rond de Schoolstraat werden twee straatnamen gewijzigd. Op de afbeelding de Malva-hoeve - Faas Eliaslaan hoek CantonIaan en de Kerkhoflaan later Acacialaan.

De Villa aan de verlengde Dalweg


vrijdag 7 maart 2025

Wethouder Ros

Wethouder A.W. Ros

Wethouder Ros

Dhr. Ros werd 19 November 1889 geboren te ’s Hertogenbosch. Reeds op jeugdige leeftijd kwam hij in de schoenhandel, waar ook zijn vader en grootvader in werkzaam zijn geweest. De heer Ros, die in 1957, vanwege de verplaatsing van zijn fabriek van Den Haag naar Bunschoten, in Baarn was komen wonen, werd in 1946 door de Antirevolutionaire Kiesverenging kandidaat gesteld voor de Gemeenteraad. In de raadsvergadering van 30 Maart 1950 werd de heer Ros als raadslid geïnstalleerd en direct daarop tot wethouder benoemd.

In gesprek met wethouder Ros op 3-10-1953

„Laat ik u nu vertellen, dat we nog steeds zitten te wachten op de goedkeuring van Gedeputeerde Staten van het reeds in Juni genomen raadsbesluit tot aanleg van een zweminrichting nabij de Hilversumse straatweg dit ondanks al onze pogingen - de burgemeester is er zelfs voor naar de Commissaris van de Koningin geweest - om deze goedkeuring zo spoedig mogelijk te verkrijgen”. Wethouder Ros gaf hiermee een voorbeeld van de vele moeilijkheden, waarvoor het Gemeentebestuur geplaatst wordt bij de verwezenlijking van plannen die een verdere ontwikkeling van Baarn beogen. Het zijn echter niet alleen de Gedeputeerde Staten, die de activiteit van het Gemeentebestuur remmen. 

Ook de medewerking van ingezetenen, waarop in het belang van de publieke zaak een beroep gedaan moet worden, laat vaak veel te wensen over. Grondeigenaars willen meermalen geen grond afstaan voor wegverbreding. Als wethouder van Publieke Werken is de heer Ros verantwoordelijk voor het beleid van het College van B. en W. inzake het onderhoud en de verbetering van de wegen. Een van onze eerste vragen aan de wethouder luidde dan ook: „Hoe komt het dat er zo weinig verbeteringen tot stand komen op dit terrein?” Wij kregen hierop het volgende uitvoerige antwoord: „In verband met de ontwikkeling van de nieuwe wijken schenkt het Gemeentebestuur veel aandacht aan de verbreding en verbetering van de voornaamste verbindingswegen van die wijken met de kom. Een der eerste resultaten was de verbreding van een deel van de Oosterstraat. Gaarne zou het Gemeentebestuur ook het tussen Balistraat en Bremstraat gelegen deel van deze straat verbreden. Het laat zich echter aanzien, dat dit voorlopig wel een vrome wens zal blijven. 

Er zijn in de Oosterstraat enige huiseigenaars die geen afstand willen doen van de voor de verbreding noodzakelijke stroken grond. Nu kan de Gemeente wel een onteigeningsprocedure beginnen om deze stroken in haar bezit te krijgen, doch B. en W. voelen daar niet veel voor. Zo'n procedure kan soms jarenlang duren en jaagt de gemeente maar op extra onkosten. Wat ik hier vertel slaat niet alleen op de Oosterstraat maar op diverse andere wegen. De Eemnesserweg, het Melkpad en de Bosstraat zouden spoedig een geheel ander aanzien krijgen als alle bewoners van deze straten de noodzaak van wegverbetering wilden inzien. Helaas is dit niet het geval. Aan elk van deze straten wonen grondeigenaars, die om bepaalde redenen geen afstand van de voor verbreding benodigde grond wensen te doen of die voor deze stroken grond een exorbitant hoge prijs vragen. 

De wethouder besloot het gesprek, dat hij met diverse kwinkslagen gekruid had, met als zijn overtuiging uit te spreken, dat onze gemeente 'n groei- en bloeiperiode tegemoet gaat.