vrijdag 18 april 2025

 Het hutje van Ome Jan

(Uit de Baarnsche Courant 2011-2016 door Cees Roodnat)

Ongeveer op de plaats waar nu het nieuwe horecapaviljoen in de Kuil van Drakestein is verrezen stond vroeger het 'hutje' van Ome Jan Scholten. Een wrakkig houten bouwsel dat het midden hield tussen een cafetaria met terras uit de jaren vijftig en een uit de hand gelopen frietkot. 

Het hutje van Ome Jan

Tijdens onze zondagse wandelingen of fietstochtjes in de regio legden mijn vrouw en ik er wel eens aan voor een broodje kroket of in de winter een heerlijke kop snert. Een gesprek hoefde je niet te bestellen want dat kreeg je er gratis bij. Als Ome Jan zijn frituren bij je had afgeleverd schoof hij de stoel van het belendende tafeltje naderbij, nam daar pontificaal op plaats en gaf recht voor zijn raap zijn visie op het leven in het algemeen en het zijne in het bijzonder. Wie hem voor het eerst ontmoette moest daar wel even aan wennen. Maar met de tijd leerde je in die bonkige gestalte en tussen die grote woorden dat kleine hartje te ontdekken. Zijn zwakke plek bleek later.

Op 15 april 2009 vonden vroege fietsers en dagrecreanten de houten luiken van 't hutje gesloten. De avond ervoor sloot Scholten (1938) voorgoed zijn ogen en grote mond en stierf thuis op de bank in Montfoort onverwacht aan een hartinfarct. Bij de gesloten kiosk werd dat weekend door trouwe vaste klanten nog lang en mistroostig nagepraat. Want Ome Jan was me d'r één! Zevenentwintig jaar had deze gewezen scheepskok, “overeind gehouden door een schoenendoos vol medicijnen”, aldus een Utrechtse fan, bij wijze van hobby zijn hutje bestierd. Want rijk werd hij er niet van en met vakantie gaan vond hij maar niks. Zijn hutje was het hele jaar zeven dagen per week open.

In een interview in de Gooi & Eemlander zei Scholten in 2006 dat hij 't hutje tot zijn dood wilde bestieren. "Dit is de hemel op aarde. Als ik s'morgens begin ligt er dauw op het veld, hoor ik vogels en zie ik hertjes. Wat wil een mens nog meer?” Dat "tot de dood” werd hem gegund volgens Rein Berends van Staatsbosbeheer. Dat het hutje allang niet meer aan de eisen van onze tijd voldeed werd voor lief genomen. Het duurde drie en een half jaar voor er eindelijk zicht kwam op een opvolger. Er bleek al snel ruime belangstelling om in de Kuil iets vergelijkbaars te beginnen. Een uitgebreide selectieprocedure bracht zo'n 25 kandidaten terug tot een kansrijk trio, waarvan er uiteindelijk één aan het langste eind trok: Han Goossens en zijn kompaan Bart ter Welle. Maar zoals alle plannen in Baarn eerst worden omarmd; vervolgens als niet passend in een bestemmingsplan worden afgeblazen. Of door bezwaarde omwonenden tot acceptabeler proporties worden terug gebracht, is ook hun paviljoen er niet zonder slag of stoot gekomen. Maar goed, het is er, en het kon beroerder, hoor ik Ome Jan brommen. Als wij met onze drie kleinzonen deze zomer voor de -tigste keer op Camping De Zeven Linden vertoeven, gaan we natuurlijk ook weer eens naar de Kuil. Bij voorkeur tijdens het Houthakkersfeest in augustus. Even een kroketje scoren in dat nieuwe paviljoen. En wie weet zal de oudste dan door het geronk van kettingzagen heen brullen: "Deze kroketten zijn niet zo lekker als die van Ome Jan, opa.” En ik zal een beetje meewarig maar bevestigend terug knikken en denken: "Zo is het maar nét, jongen!” Links het gesloten hutje (BC 28-11-2011) en rechts het paviljoen in opbouw (BC 29-1-2016)

Het nieuwe paviljoen in aanbouw

vrijdag 11 april 2025

De Jelburg in 1960

 De Jelburg op 1-12-1960

De Jelburg, het opleidingsinternaat voor jeugdleidsters en -leiders van de Stichting Gereformeerde Opleidingen, is gisteren (1-12-1960) een belangrijke stap nader gekomen tot de verwezenlijking van de totaalplannen, die er voor dit instituut bestaan.

de Nijenburg

In aanwezigheid van de heer H. M. L. H. Stark die de minister van O.K.W. vertegenwoordigde, van burgemeester mr F. J. van Beeck Calkoen en de wethouder van Onderwijs, mevr. G. Wafelbakker, had de opening plaats van de z.g. woonruimte voor de interne leerlingen, waarvoor de villa Amsterdamse straatweg 41 gebruikt zal worden en waardoor het front aan deze weg is uitgebreid tot de nummers 37-39-41. Ds H. U. Buitink, directeur van „de Jelburg”, verklaarde in zijn welkomstwoord, dat hij met bijzondere vreugde deze informele bijeenkomst opende, daar hiermee een verlangen in vervulling gaat, de completering van „de Jelburg”.

Het is voor het bestuur prettig, dat er tussen het Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, de gemeente Baarn en het schoolbestuur goede betrekkingen bestaan, waardoor deze droomwens in vervulling kon gaan.

Ds J. M. van Krimpen, voorzitter van de commissie, waaraan door de S.G.O. het toezicht op „de Jelburg” is toevertrouwd, zei de eveneens van mening te zijn, dat de uitbouw van de Geref. Jeugdopleiding aan de buitengewone samenwerking tussen het Gemeentebestuur, het Departement van O.K.W. en het schoolbestuur moet worden toegeschreven. Er staat echter nog meer op stapel. Kennelijk bedoelde ds. van Krimpen hiermede de school, die in de toekomst het totaalplan van „de Jelburg” zal afronden.

Ds. van Krimpen wilde tegenover allen, die aan de totstandkoming van deze completering hadden medegewerkt, zijn erkentelijkheid betuigen. Hij deed dit op de volgende wijze: Onder een groot laken was een miniatuur bungalowpark verborgen, compleet met zelfs een kerkje. Aan de heer Sark, de burgemeester, de heren Freeriks, van Oostrom en de Jong werd een miniatuur bungalow aangeboden en de heer Freeriks kreeg het kerkje, waarop deze zich als binnenhuisarchitect zal kunnen uitleven. Dit was handenarbeid van de leerlingen der school.

De architecten Freeriks en Van Oostrom

De architecten Freeriks en Van Oostrom hadden geen gemakkelijke taak, het interieur van de villa Amsterdamse straatweg 41 zodanig te veranderen, dat deze een prettige indruk zou maken en toch voldoen zou aan de eisen, die het onderwijs stelt. Dat zij hierin geslaagd zijn, getuigt voor het praktisch inzicht en de kunstzinnigheid van beide heren. In deze, voor het onderwijs geschikt gemaakte villa, zullen in de toekomst 50 jongelui al de toewijding die zij hebben, kunnen omzetten in kundigheid, om de jeugd de weg te leren vinden naar nieuwe levensvreugde. 

Fusies

Kamperen in de tuin

Na 1987 treedt de verzakelijking in en tegelijkertijd loopt ook het aantal studenten terug. De Jelburg is dan te klein om zelfstandig te blijven. De opleiding vormde in 1987 met het Middeloo (Amersfoort) en de Kopse Hof in Nijmegen tot de 'Mikojelopleidingen'. Dit Instituut voor Sociale Beroepen Jelburg Middeloo-Nijenburgh gaat eerst op in de Hogeschool Midden-Nederland en heet vanaf 2005 de Hogeschool van Utrecht. Links 1 van de villa's "de Nijenburg" Rechts tijdens hun opleiding ook kamperen in de tuin.



vrijdag 28 maart 2025

zoekplaatje in Baarn

de Salon
 Zoekplaatje in Baarn

1: Waar kan je dit bezichtigen in Baarn?

U kunt hierop reageren via het sturen van een briefje naar: 

Stichting Groenegraf.nl

T.a.v. Baarnsch Geheugen

Marisstraat 4

3741 SK BAARN

Of stuur een e-mail naar : bakker.groenegraf@gmail.com

Onder de goede inzenders verloten we het boek “Waarom Redden; de mens achter de brandweer van Baarn". Dit boek is geschreven door Maartje Hormes en Leen Bakker en uitgegeven door de personeelsvereniging van Brandweer Baarn in 2007.

Daarnaast ontvangt de winnaar ook nog een fles wijn voorzien van een ansichtkaart uit Baarn, beschikbaar gesteld door Mitra Baarn – Van der Steeg Laanstraat 72, 3743 BH Baarn, tel: 035-5426063.



vrijdag 21 maart 2025

Boer Beukeboom

Boer Beukeboom

Tot ver in deze eeuw stonden er boerderijen langs de Zandvoortweg. Van sommige van deze families heeft de naam (v.d. Vuurst, Staal, Zonneveld en Schothorst) nog altijd een vertrouwde klank in ons dorp. Ook boer Beukeboom woonde daar, hoewel zijn bouwland langs de Eemnesserweg lag. Een flinke strook, van wat nu de Wilhelminalaan heet tot aan de v. Heemstralaan.

Zijn land werd doorsneden door een bosje van eikenhakhout, waar nu de Ferd. Huycklaan loopt. Die grond was eigendom van Prins Hendrik.

Een hoek van zijn grond had een andere bestemming gekregen, die was namelijk in gebruik bij de bekende tuinarchitekt Ant. van der Helden als kwekerij. 

Boerderij eukeboom

Nadat een spoorlijn ons dorp rechtstreeks met Amsterdam verbond, werden er overal in Baarn villa’s gebouwd en ook landbouwer Beukeboom verkocht daarvoor een stuk van zijn grond. Op 17 oktober 1879 kocht de heer Redeker Bisdom 4,6 hectare in de hoek van die kwekerij. Toch zou het tot najaar 1881 duren, voor er met bouwen begonnen werd.

Waarschijnlijk zal de heer Redeker Bisdom de centjes goed hebben kunnen gebruiken, toen hij op 19 januari 1882 een halve hectare grond doorverkocht aan de heer J.C. Boldoot, de bekende fabrikant van (zoals men toen zei) reukwater. Op dat stuk aan de Eemnesserweg liet hij voor eigen bewoning de villa "Courbevoie" neerzetten. Later heeft vooral de tapijtknoperij van Edmont de Cneudt er vermaardheid gekregen.

Door financiële omstandigheden moest de heer Redeker Bisdom in 1889 zijn gehele Baarnse bezit verkopen aan de heer Bunge en aan een bouwmaatschappij.

Deze firma had namelijk inmiddels het bosje in het land van Beukeboom van Prins Hendrik gekocht. Het voetpad, dat door dit bosje liep, werd veranderd in een brede laan, door de gemeente vervolgens Ferd. Huycklaan gedoopt. Kort daarvoor was op 't Hoogt ook een laan tot Jacob van Lenneplaan aangewezen.

Om de tuin te kunnen besproeien liet de heer Bunge in 1890 een hoge ijzeren toren bouwen met een windrad, omdat het water oorspronkelijk met behulp van windkracht tot in het hoge reservoir opgepompt werd. Later werd aan de onderzijde een motor geplaatst, maar men bleef de tuin via de installatie besproeien.

De Baarnaars hebben jarenlang overigens hun eigen gedachte hierover gehad. Zij hebben dat privé-watertorentje nog jaren zien staan en dachten, dat het huis een eigen watervoorziening bezat. In werkelijkheid was de villa evenwel gewoon op de waterleiding aangesloten.

De heer Bunge overleed op 3 november 1904. Weduwe Mevr. Bunge-Cruys heeft nog 16 jaar in dit huis gewoond. Via via kwam het landgoed toen in bezit van F.E. Baron van Heerdt, die er in 1920 ging wonen en de naam veranderde in Benthuys. De overgrootvader van de nieuwe eigenaar heette Baron van Heerdt van ’t Benthuys en bezat de Havezathe ’t Benthuys in de omgeving van Vollenhove.

Overigens had mevr. Bunge eerder reeds (15 oktober 1907) niet ver van de Ferd. Huycklaan aan de Eemnesserweg een stuk grond verkocht aan de heer G. van Woudenberg, die er een huis op bouwde en een bloemisterij begon. Op 30 september 1919 kocht hij van haar ook nog een groot terrein achter de toenmalige Westerschool aan die Ferd. Huycklaan. Links Villa van de heer Bunge en rechts de boerderij Beukeboom.


villa van de familie Bunge





vrijdag 14 maart 2025

De verlengde Dalweg

 Uit de BC van 24-6-1985 "de verlengde dalweg"

Kerkhoflaan later Acacialaan

Voor de oorlog heeft de toenma­lige Oudheidkamer - min of meer de voorloper van de huidige Historische Kring - intensief getracht de Verlengde Dalweg om­ gedoopt te krijgen in de A. v.d. Heiden weg. Daar waren redenen genoeg voor aan te voeren. Hij was een bekende Baarnaar geweest. Ondermeer een kunst­ schilder met grote talenten. Voorts heeft hij geruime tijd in het witte huis aan deze laan gewoond, waar zich nu de familie Wijkamp-Goudswaard vestigde en deze Anthony van der Helden was ook de grondlegger van het grote terrein, waar ook nu nog aan deze laan een kwekerij gesitueerd is. De naam Anthony van der Helden kwam voort ter sprake, toen onze gemeenteraad op 17 de­cember 1874 de twee eerste makelaars in ons dorp benoemde. De andere persoon was de heer F.E. Rottier, bekend gebleven als de eerste exploitant van het Amaliahotel, dat later als "de la Promenade” en later de  "de Prom” funktioneren bleef. Die benoeming gebeurde dus kort na de opening van de ”Hol­landse spoorweg’’ tussen Amsterdam en Amersfoort, een gebeurtenis welke voor Baarn van enorm belang zou zijn en waaraan ons dorp een snelle groei te danken had. 

Nu worden makelaars overigens allang niet meer door de gemeenteraad benoemd. De komst van die spoorlijn bracht veel werk voor Anthony van der Helden, want (ook dat!) deze bekwame tuinarchitekt is verantwoordelijk voor het fraaie parkje op het Stationsplein - nog altijd staat het jaartal 1874 op het hek van dit Amaliapark - en in 1886 werd hij belast met het aanleggen van een spoorlijn, wat in Baarn met het nodige chauvi­nisme, onze "spoorweg- boulevard” genoemd werd. Deze Spoorweglaan - direct na de Tweede Wereldoorlog omge­doopt in Gerrit van der Veenlaan, de gefusilleerde Amsterdamse verzetsstrijder, die in de jaren voor de oorlog de ontwerper en beeldhouwer van het Emmamonument aan deze laan was - kreeg inderdaad een bijzonder geslaagde beplanting, inclusief rustieke doorgangetjes, waarvan nog altijd de overblijfselen te vin­den zijn. Die naamsverandering van de Verlengde Dalweg was niet zo onverstandig. 

Diverse bewoners hadden het gemeentebestuur reeds op de onhoudbare situatie daar gewezen en op aanpassing aangedrongen. Terecht dat het aloude begrip van ‘Valletje” niet verloren ging en in de Dalweg ge­handhaafd werd. Maar samen met een Verlengde Dalweg en tussen die laan en de Zandvoortweg ook nog de Dallaan (!) was eerlijk gezegd een beetje te veel van het goede. Toch duurde het tot eind 1951 voor de ambtelijke molens ook hier ’’uitgemalen” waren, want tenslotte werd besloten nog meer bomennamen in deze buurt te kiezen. De vroegere Kerkhoflaan was reeds herdoopt in Acacialaan, waar nog niet zo lang ge­leden een Plataanlaan aan toe­ gevoegd werd. Voor de Verleng­de Dalweg koos men Berkenweg, terwijl de Zandvoortlaan toen Ei­kenweg kwam te heten en de Dal­weg veranderd werd in Beuken­laan. 

Het is zo voor iedereen wel minder verwarrend geworden. Gelijktijdig met deze gewijzigde namen in de "bomenbuurt' werden nog drie straten omgedoopt. De Oosterdwarsstraat kwam in dat jaar Westerstraat te heten, de Noorderdwarsstraat logi­scherwijs Zuiderstraat. Ook rond de Schoolstraat werden twee straatnamen gewijzigd. Op de afbeelding de Malva-hoeve - Faas Eliaslaan hoek CantonIaan en de Kerkhoflaan later Acacialaan.

De Villa aan de verlengde Dalweg