vrijdag 21 februari 2020

13 PERSONEN DAKLOOS IN BAARN


13 PERSONEN DAKLOOS



De percelen Buitenzorg 1, 2 en 3, die deel uitmaken van de aan de spoorlijn Baarn-Hilversum gelegen Zes Woningen, alsmede een ongeveer 35x8 meter grote schuur zijn in de nacht van dinsdag 21 op woensdag 22 juli 1964 door brand verwoest. Dertien personen werden dakloos. De schade bedraagt vele tienduizenden guldens.



De brand is ontstaan in de parallel met de 6 woningen lopende houten schuur, waar dinsdagavond in het gedeelte van de heer G. N. Verwoerd erwten en kapucijners op een houtvuurtje werden geweckt. Toen hij om half elf de schuur verliet is er vermoedelijk iets blijven smeulen. Pas diep in de nacht, om omstreeks half twee ontdekten de bewoners de brand door het gerinkel van springende ruiten. De schuur stond toen al over de gehele lengte in lichter laaie. Ter hoogte van perceel no. 2, waar de brand moet zijn ontstaan, was: het vuur reeds overgeslagen naar de woningen.



Het heeft nog enige tijd geduurd voordat de brand gemeld kon worden. De Zes Woningen waren namelijk niet op het telefoonnet aangesloten, zodat eerst via de bij het zwembad wonende heer T. van Esschoten de politie en brandweer in kennis gesteld konden worden. On­der leiding van de heer J. van der Horst rukte de Baarnse brandweer onmiddellijk met de nevelspuit uit, la­ter geassisteerd door de lage drukspuit en de nevelspuit van de Lage Vuursche. Bij aankomst van de brand­weer was de gehele schuur al bijna in de as gelegd; 23 varkens konden nog juist worden gered.

 

De woningen van het bejaarde echtpaar Z. Sijberden (Buitenzorg 1) en van het gezin, G. H. Verwoerd (Buitenzorg 2) brandden reeds als een fakkel, terwijl ook het derde huis van de familie C. J. Clap­pers al door het vuur was aangetast, zulks vanwege het vele verwerkte hout en het onder de dakpannen aange­brachte stro. Desondanks heeft de brandweer kans gezien, de brand tot deze drie woningen beperkt te houden. Een half uur na de brandmelding was men het vuur zelfs al meester en kon in aanwezigheid van burgemeester mr. F. J. van Beeck Calkoen, de hoofdin­specteur van politie, de heer G. J. Backer en de heren van der Weijden (directeur) en Benjamin van Sociale Zaken met het nablussingswerk wor­den begonnen, hetgeen tot woensdag­morgen half twaalf heeft geduurd. Bij de brand gingen behalve de drie huizen en een groot deel van hun in boedels ook nog in de schuur staande auto's, een scooter, ettelijke fietsen en enige bromfietsen, een splinternieuwe wasmachine, gereedschappen en een zaagmachine verloren. Eén van de auto’s, die nog een waarde van f 2000 vertegenwoordigde, zou woensdag verkocht worden.

  

Bij de fam. Sijberden ging nog een niet verzekerde uitzet van een pasgetrouw­de dochter in vlammen op. Het gezin Clappers (man, vrouw en vijf kinderen) is tijdelijk bij hun familie ondergebracht. De afgebrande woningen zullen niet opnieuw opgebouwd worden. Wel deelde de burgemeester mede, dat de nog resterende meer dan 100 jaar oude huizen te zijner tijd zullen wor­den afgebroken.

De totale door de brand veroorzaakte schade bedroeg ca. fl 70.000,-.