’Till we meet again’: een opmerkelijk verhaal uit het vooroorlogse Nederlands Indië met een verrassend Baarns tintje
Een in 2013 door auteur Buitenzorg geschreven verhaal, voorzien van een inleiding door Ed Vermeulen.
Wie meer wil weten over zijn mogelijk Indische familieachtergronden en over het leven in onze voormalige kolonie kan op veel plekken terecht voor informatie. Naast een aantal in genealogisch onderzoek gespecialiseerde verenigingen en stichtingen, zoals o.a. de Indische Genealogische Vereniging (IGV) en het Indisch Familiearchief (IFA) en de door hen onderhouden sites, komt u al snel uit bij de volgende twee sites: het mooie, met veel verhalen gevulde Java Post van Bert Immerzeel (auteursnaam: Buitenzorg) en het meer op nieuws- en informatie gerichte Indisch4ever van Boeroeng Biroe.
Naast de direct aangeleverde informatie zijn ook de reacties en interacties van lezers in veel gevallen een grote bron van informatie. Ik ben een frequent bezoeker en lezer van beiden. Bij een recent bezoek aan Java Post kwam ik het verhaal ’Till we meet again’ tegen. Een verhaal geschreven in het kader van het door het Tropenmuseum in Amsterdam, nu een aantal jaren geleden, opgezette project om in de kluizen van het museum opgeslagen Indische fotoalbums terug te bezorgen bij de (rechtmatige) eigenaars of hun nazaten. Het in het verhaal besproken album was een afscheidsgeschenk van de directeur van een kweekschool in Bandoeng, West-Java in 1925-26. Zijn naam Gerard Albertus Johannes Koert. Nu hoor ik u denken wat heeft dit alles, hoe interessant mogelijk ook, met ons Baarn te maken? Maar als ik u nu vertel dat de heer Koert, na het overlijden van zijn eerste echtgenote Helena van Ramshorst in 1902 in Den Haag, op 1 februari 1921 in Nederlands Indië een tweede huwelijk aanging met de in Baarn geboren Gezina Das, dat beide echtgenoten na terugkomst uit Nederlands Indië op 22 juni 1926 kort in Den Haag en weer later op het adres Emmalaan 13 in villa Pension Westerhoek hun intrek namen, hier overleden zijn en begraven, dan wordt het geheel toch andere koek, of anders gezegd... ontbijtkoek werd spekkoek.
Geheugenvanbaarn.nl vroeg en kreeg toestemming het oorspronkelijke verhaal uit 2013 integraal oftewel rechttoe rechtaan over te nemen. U leest hier het resultaat. Tegelijkertijd hebben we een naschrift (Van Bandoeng naar Baarn) met veel typisch Baarnse elementen toegevoegd.
`Till we meet again´
auteur BuitenzorgDirecteur G.A.J. Koert |
Gerardus Albertus Johannes Koert werd op 27 november 1876 in Leiden geboren als zoon van Adam Koert (oud 32 jaren, wachtmeester) en Teuntje Ruis (huisvrouw). Op 14 mei 1902 huwde hij met Helena Gerarda Johanna van Ramshorst. Volgens de huwelijksakte was hij op dat moment onderwijzer en had zijn dienstplicht achter de rug. Helena, een jaar jonger dan haar man, was zonder beroep. Als getuigen traden op twee oudere broers van Koert, een vriend en een broer van Helena.
Koert blijft in het onderwijs. In 1907, aldus een bericht in de pers, haalde hij nog zijn akte lichamelijke opvoeding. Weer een jaar later, in 1908, scheept Koert zich in voor een reis naar Indië. Opmerkelijk is het dat zijn echtgenote nergens meer wordt vermeld. Ofwel het paar is gescheiden, ofwel, en dat lijkt aannemelijker, Helena is inmiddels (in het kraambed?) overleden. Van kinderen geen spoor. Mogelijk is Koert naar Indië vertrokken om te vergeten en een nieuwe start te maken.
Zijn eerste aanstelling kreeg hij bij de Europeesche lagere school in Sabang. Een jaar later verhuist hij naar Banjoemas, Midden-Java. Na mogelijk nog enkele andere tussenstops werd hij in 1921 benoemd tot directeur van de hogere kweekschool voor Inlandse onderwijzers in Poerworedjo.
Het Inlandsch onderwijs
Wat weten we van het onderwijs voor de lokale (niet-blanke) bevolking? De Indische Courant van 4 september 1926 meldt hierover:
“Het onderwijsinstituut van de laagste orde is de dessa- of volksschool; ze bestaat uit drie klassen, waarvan de twee eerste om de beurt onderricht ontvangen en de derde klas gedurende den vollen leertijd. Het leerplan omvat slechts de drie hoofdvakken: lezen, schrijven en rekenen tot duizend. De leerkrachten genieten een bezoldiging van f 17.50 tot f 40.— per maand. De graad van hun ontwikkeling kan men zo enigszins daarnaar bepalen. De oprichting van het schoolgebouw en het jaarlijks onderhoud komen ten laste van een of meer dessa’s; ook de inventaris wordt door de bevolking betaald. De leerkrachten echter worden door het gouvernement bezoldigd. Het aantal dessascholen op Java mag men veilig op ongeveer twaalfduizend stellen, welk aantal jaarlijks toeneemt. Op elke 4 of 5 dezer schooltjes is een vervolgschool met twee klassen, waar het dessakind wat meer kan leren.
Op hoger niveau staat het onderwijs op de Inlandse scholen der zgn. tweede klas. Het leerplan van een 2de klas Inlandse school is dat van het gewone lager onderwijs; de leerkrachten hebben een alleszins behoorlijke opleiding gehad op de Normaalschool en genieten dan ook een veel beter inkomen. Een volledige Inlandse school der tweede klas heeft vijf leerjaren, enkele hebben er zes. De dessa- en de tweede klasse-scholen zijn de inrichtingen van volksonderwijs, dat uitsluitend in de landstaal wordt gegeven. De leerlingen bezoeken die gratis of tegen betaling van schoolgeld, dat varieert van 5 cent tot anderhalven gulden per maand. Het schooltoezicht wordt uitgeoefend door Inlandse hoofdopzieners en opzieners, onder leiding van Europese inspecteurs.
Hoofdgebouw H.K.S. Bandoeng |
Naast deze Inlandse scholen heeft men die, waar zogenaamd Westers onderwijs gegeven wordt, en wel de meer algemeen bekende Hollands- lnlandse scholen; de voertaal is het Nederlands. Aan het hoofd staat een Europese leerkracht; het overige personeel bestaat uit Inlandse onderwijzers, die afkomstig zijn van de Hogere (Inlandsche) Kweekschool. Om het onderwijs in het Hollands op een hoger peil te brengen, schijnt men het voornemen te koesteren aan alle H.l.S- en een tweede Europese leerkracht te plaatsen, hetgeen op enige dezer scholen reeds is gebeurd. De afkomelingen van een HIS kunnen op een Mulo-school worden toegelaten, wat hun de gelegenheid biedt later middelbaar en zelfs hoger onderwijs te genieten.”
Met andere woorden: de directie van een H.I.S. kon zowel zuiver blank zijn als Indo-Europees, de leraren waren vrijwel altijd Inlands.
De Beknopte Encyclopaedie van Nederlandsch Oost-Indië (1921) zegt het over de opleiding van deze onderwijzers:
“De enige in Indië bestaande gelegenheid tot opleiding van Europese onderwijzers zijn de normaalcursus te Batavia en de normaalscholen te Batavia, Semarang en Soerabaja. In 1915 is een proef genomen met de opleiding van Indische jongelieden behorende tot de Europeanen en met hen gelijkgestelden, aan de Rijks- en bijzondere kweekscholen in Nederland. Voor opleiding van Inlands personeel heeft men de Hogere Kweekschool te Poerworedjo, en de kweekscholen voor Inlandse onderwijzers te Bandoeng, Djokjakarta, Probolinggo, oengaran, Fort de Kock, Amboina en Makassar, Normaalcursussen en Normaalscholen op een aantal plaatsen, een kweekschool en twee normaalscholen voor de opleiding van Inlandse onderwijzeressen, en voor Chinees personeel een Hollands-Chinese Kweekschool te Poerworedjo.”
Hieruit mogen we dus concluderen dat het Indo-Europese schoolpersoneel werd opgeleid in Nederland, en het Inlands personeel in Indië, vooral aan de Hogere Kweekscholen. Dit alles volgens de indeling ten tijde van de samenstelling van dit foto-album, eind jaren ´20.
Het afscheid van de H.K.S.
Keren we terug nu naar de eigenaar van het album, de blanke Nederlander Gerard Koert. In 1921 huwt hij voor de tweede keer, nu met Gezina Das, een onderwijzeres, even oud als hijzelf. Een jaar later geniet het paar Europees verlof. Na terugkeer in Indië wordt Koert benoemd als directeur aan de Hogere Kweekschool (H.K.S.) voor inlandse onderwijzers in Bandoeng.
Tot zijn pensionering, op 49-jarige leeftijd, bleef hij in betrekking bij deze H.K.S.. Het Nieuws van den Dag voor Nederlands-Indie van 11 november 1925 spreekt van “een ontslag, op verzoek, wegens volbrachte diensttijd, uit ´s Lands dienst, met ingang van 4 februari 1926.”
Het foto-album dat voor ons ligt, markeert deze bijzondere datum. Het werd Koert geschonken door de Inlandse leerlingen van de H.K.S., als blijk van waardering en ter afscheid. De foto´s zijn zeer bijzonder. Ze tonen ons onder meer de schoolpopulatie met alle leerlingen (ca. 60) en het docentenkorps, sportwedstrijden (de HKS Bandoeng was heel goed in atletiek) en excursies. En dat alles met gecalligrafeerde onderschriften. Bijzonder ook de foto´s van het echtpaar Koert en een foto van studenten met onderschrift “Aanzien doet gedenken.” Eén van de tekstbordjes is door de belichting niet te lezen; het ander luidt: “Till we meet again.”
Het echtpaar Koert (midden) en leerlingen H.K.S. Bandoeng |
Orkest H.K.S. Bandoeng |
De directeur van de H.K.S. te Bandoeng G.A.J. Koert en zijn echtgenote G.Koert-Das |
“Till we meet again” |
Koert vertrekt definitief. Mevrouw Koert-Das, op dat moment werkzaam aan de Christelijke Europese lagere school in Bandoeng, zegt haar werk eveneens op. Het paar reist terug naar Nederland.Voor zover bekend zijn ze niet teruggekeerd naar Indië.
Koert overleed op 5 juni 1950 in Den Haag, zijn echtgenote in 1959 in haar geboorteplaats Baarn. Uit naspeuringen is niet gebleken dat dit echtpaar kinderen heeft gehad. Bedacht moet worden dat mevrouw Koert-Das ten tijde van haar huwelijk al 43 jaar oud was.
Bijzonder is wel, dat het paar in 1926 niet alleen afscheid heeft genomen van Indië, maar evenmin het album heeft meegenomen. Ongeveer twintig jaar later is het album hun nagereisd naar Nederland, maar belandde daar in het depot van het museum. Naar alle waarschijnlijkheid heeft het daar ook zijn laatste bestemming gevonden.
Nawoord: Het album is – mede dank zij dit artikel – uiteindelijk tóch terechtgekomen bij een familielid. Een nicht van het gezin, mevrouw Tonny Winkler-Koert, besprak het album en haar eigen jeugd in het radioprogramma OVT.
’Till we meet again’ naschrift door Ed Vermeulen
U las het originele, door auteur Buitenzorg in 2013 geschreven verhaal over het leven van Gerardus A.J. Koert en zijn terugkeer naar Nederland na zijn pensionering. Geschreven met de hem toen ter beschikking staande gegevens. Waar het oorspronkelijke verhaal stopte ging Geheugenvanbaarn.nl verder. Een door Indisch4ever getoonde graffoto van Koert en zijn (tweede) echtgenote Gezina Das, gemarkeerd als afkomstig van Groenegraf.nl (!), maakte al snel duidelijk dat beide echtelieden niet alleen in Baarn begraven waren, maar ook dat Baarn een nog grotere plaats innam in de laatste levensjaren van het echtpaar dan al gedacht. Nu samengevat in dit, bescheiden opgezette, niet als uitgebreide biografie bedoelde en slechts van enkele genealogische feiten voorziene, naschrift:
Van Bandoeng naar Baarn: in het oorspronkelijk verhaal lazen we dat dat Koert op 14 mei 1902 in het huwelijk trad met de één jaar jongere Helena Gerarda Johanna van Ramshorst. In 1908 echter vertrekt Koert, alléén, naar Indië. Een reden om te veronderstellen dat er geen kinderen waren. De waarheid lag echter anders: op 28 oktober 1903 werd zoon Jacob Dirk geboren. Hem was slechts een kort leven gegund, want reeds op 1 juni 1904, slechts zeven maanden oud komt hij, in Voorburg, te overlijden. Uit een bericht uit de Haagsche Courant van 10 november 1903 leren wij dat ook Koerts echtgenote is overleden, mogelijk in het kraambed. Koerts vertrek naar Indië leek hiermee een stuk duidelijker geworden: mogelijk nam hij als het ware afscheid van een verdrietige periode in Voorburg teneinde in Indië een nieuw leven, gewijd aan onderwijs, op te bouwen. Op enig moment moet hij in de kringen van in Nederlands Indië werkende schoolbestuurders kennis gemaakt hebben met de op 1 december 1877 in Baarn geboren Gezina Das. Das: voor Baarn geen onbekende naam. Was er in de Laanstraat van toen vroeger niet een slagerij Das? Jazeker!
Gevestigd in het pand waar vele generaties slagers hun vleselijke ambacht uitoefenden en nog steeds overigens. In mijn jeugd was hier slagerij Hauber. Daarna volgden nog vele anderen, maar wat er niet veranderde: het kleurrijke schild van hofleverancier hoog aan de gevel, als herinnering aan andere tijden, toen een slager nog een vleeschhouwer was. Gezina was één van de kinderen van slager Gerrit Das en zijn echtgenote Geertruida Vlaanderen. Ook zij had voor een loopbaan in het onderwijs gekozen en is naar Indië vertrokken om haar talenten ten dienste te stellen van het onderwijs op Java. Een loopbaan waarbij zij zelfs directrice van het in de wijk Weltevreden te Batavia gelegen gerenommeerde Instituut Salemba (Christelijke Kost-en Dagschool voor Jongedames) werd.
Een pagina uit het Jaarboek van Batavia 1927 met foto van instituut Salemba. (Bron: colonialarchitecture.eu) |
Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië 02-02-1921 |
Het grafmonument van het echtpaar Koert-Das op de Nieuwe Algemene Begraafplaats. (Foto: Geheugenvanbaarn.nl) |
* Mocht u denken, villa Westerhoek, bekende naam: zie bericht uit Baarnsche Courant van 30 januari 1985 Plaatje Westerhoek-Bontour.