door Cees Roodnat
Dit jaar viert de Baarnse Watersportvereniging De Eem (voor roeiers én zeilers) haar 95-jarige bestaan. Halverwege de 19 kilometers die ons vaarwater lang is, staat in een bocht naast de voormalige Zweminrichting (opgericht in 1916) het fraaie houten onderkomen van de watersportvereniging, het zoveelste in haar lange bestaan. Vóór ik lid werd wist ik niet eens dat er een rivier langs ons dorp stroomde.
De Eem verstopt zich bijna in het omringende Eemland. Ik roei al meer dan dertig jaar in een z.g. heren-acht. Onze ploeg wordt smalend de OLA (ouwe lullen acht) genoemd omdat meer dan de helft van haar leden al bijna net zo oud is als de club zelf. Dus leek mij één avontuur van die ouwe lullen uit die 30 jaar niet ongeschikt voor deze historische rubriek.
De onfortuinlijke OLA (Ouwe Lullen Acht) |
Praamgracht |
Zwarte Willem (Bron: De Eem verborgen rivier van Koos Termorshuizen en Jos Wassink, 2007) |
Het is 11 uur. Strijk en haal! En strrijk, en hhhhaaaaal! Als het ronden is geklaard maakt een lichte opwinding zich van de roeiers meester. Verwachtingsvol buigt men zich naar voren om toch maar niets te hoeven missen van wat de ‘keerpuntmop’ is gaan heten. Stuurman P. (onthoud die naam) heeft hier patent op. Ook deze keer brengt zijn pikante grap de ploeg tot ongekende vrolijkheid. Nog na-gniffelend zet de bemanning zich weer in beweging. Een bleek zonnetje breekt om 11.03 uur door het wolkendek en boort een flauw schijnsel door de zonneklep van de roerganger. Onverhoeds en akelig dichtbij doemt van links een silhouet op. Vier heren met stuurvrouw schieten als een schicht langszij en boren zich onder luid gekraak in onze achtersteven. De schrik is gigantisch. Even is het akelig stil. Dan breekt een pandemonium aan verwijten en verontschuldigingen los. Hoewel de schade op het eerste gezicht beperkt lijkt, kolkt onder de waterlijn het zwarte water met kracht het schip binnen.
Clubgebouw in 2000, tekening Harry Rentema |
Baarnsche Zweminrichting anno 1916 |
Redding
“Als we maar op tijd komen. Onderkoeling kan fataal zijn op die leeftijd...” peinst de chauffeur van de auto op kop zorgelijk. Een tweede en derde auto volgen op gepaste afstand. Als zij met gierende banden het erf van Zwarte Willem opdraaien valt daar geen levende ziel te bespeuren. De halfverzopen maar verlaten heren-acht hangt diagonaal in het water, het piepende roertje 20cm boven de waterspiegel. Tussen wal en schip drijven twee gymschoenen. “Geen paar” stelt een der redders ontredderd vast. In een oude perelaar fluit schril een kapsijsje. Op het moment dat de redders besluiten de omliggende weilanden af te gaan zoeken, opent zich in de zijgevel van het pand achter hen een klein stalraam. Daarachter klinkt geroezemoes van stemmen, gelach, gerinkel van glazen. Daar bovenuit het door drank vervormde stemgeluid van een goede bekende. “Kkomt een vwoutje bij dde dokter. Zzegt se, dokter, ik hheb toch zooo’n last van...” De mannen buiten wisselen veelbetekenende blikken en bellen aan.
P.S. Wilt u ook wat beleven? Huur eens een roeibootje bij Zwarte Willem. Of nog beter, wordt lid van de watersportvereniging.
Cees Roodnat |
Dit verhaal verscheen op maandag 28 mei 2018 in de Baarnsche Courant in de rubriek
’Vandaag is morgen alweer gisteren (bruggetjes naar vroeger)’
Vragen, opmerkingen of tips? Neem gerust contact op. Uiteraard kunt u groenegraf.nl ook volgen op Facebook en Twitter
Bent u geïnspireerd geraakt door dit oud-Baarn verhaal en wilt u zelf eens wat
schrijven voor onze website? Stuur uw verhaal dan
per email aan groenegraf.baarn@gmail.com