vrijdag 7 januari 2022

Een telephoonverbinding voor Baarn

Het telefoonstation bij het station Baarn Sinds Alexander Graham Bell op 14 februari1876 patent aanvroeg voor de "verbetering van de telegrafie" en zo het startschot gaf voor de ontwikkeling van de telefonie, is de wereld in rap tempo met elkaar verbonden. Op 1 juni 1881 opende de Nederlandsche-Bell-Telephoon-Maatschappij in Amsterdam, op de hoek van de Kalverstraat en de Dam, het eerste Nederlandse openbare telefoonnetwerk, met 49 vaste abonnee aansluitingen. Daarna ging het ook in Nederland snel. In januari 1890 worden door de heren Groskamp en Heijbroek in Hilversum, pogingen om de gemeente zover te krijgen, dat een telefoonnetwerk aangelegd wordt met een aansluiting met Amsterdam, Baarn, Laren en Bussum. Met de Bell-Telephoon-Maatschappij werden onderhandelingen gestart.

Het station in Baarn, links het telefoonstation voor intercommunaal telefoonverkeer (zie ook de bovenste afbeelding) Een maand later, in februari 1890, verleent de gemeente Baarn de Nederlandsche-Bell-Telephoon-Maatschappij een vergunning voor tien jaren om telefoonpalen op gemeentegrond te plaatsen en om leidingen aan gemeentegebouwen te bevestigen. Het Rijk komt in mei van dat jaar met de maatschappij overeen dat de Bell-Maatschappij vóór 1 augustus 1890 de voor publiek bestemde telefoonlijnen aan zal leggen. Een lijn van 4 draden zal tussen Amsterdam en Hilversum aangelegd worden, en een lijn met 2 draden op het traject Hilversum-Utrecht, Hilversum-Baarn en Baarn-Arnhem. Binnen de bebouwde kommen zullen de betreffende gemeenten de lijnen onderhouden en bewaken, daarbuiten zal het Rijk dat doen.

Op 14 augustus 1890 is het zover: "Gelijk uit de officiële aankondiging in de afgelopen week is gebleken, zijn thans telefonisch verbonden: Amsterdam, Arnhem, Baarn, Dordrecht, 's-Gravenhage (met Scheveningen), Haarlem, Hilversum, Rotterdam, Schiedam, Utrecht, Zaandam en Zandvoort.

Zijn wij goed ingelicht, dan voldoet de intercommunale gemeenschap tussen die plaatsen onderling zeer wel, en is deze alleszins bevredigende toestand verkregen door krachtige medewerking van het technisch personeel der Rijkstelegraaf, dat, onder toepassing van het bekende stelsel Van Rijsselberghe, de aanvankelijk zozeer storende inductie van telegrafeerstromen heeft weten te overmeesteren.

Dat de telefoon-inductie, waardoor men op den enen draad horen kan wat op den anderen wordt overgesproken, nog niet geheel kon worden opgeheven, blijft een ongerief, dat slechts zal kunnen worden vermeden, wanneer de geabonneerden, die van dubbele intercommunale geleidingen gebruik willen maken ook voor dubbele draden met het Centraal-Bureel, waar de intercommunale lijn een aanvang neemt zullen zijn verbonden."

De officiële aankondiging: Baarn heeft zijn telefoonverbinding! Baarn had dus zijn telephoonverbinding. Erg vlot ging het in het begin nog niet in Baarn. Een telefoonaansluiting thuis aan laten leggen was natuurlijk kostbaar, bovendien heeft zo'n aansluiting alleen zin, als degene die je wilt bellen ook zo'n aansluiting heeft. Een kip-ei situatie dus. In de telefoongids die de Bell-Maatschappij in1891 uitgeeft staan maar 10 aansluitingen in Baarn vermeld:

De aansluitingen in Baarn Met name hotels, bankiers en gefortuneerde Baarnaars hadden zo'n aansluiting. Het had dus nog geen zin om voor Baarn een eigen telefoongids uit te geven. Maar ondanks de "slow-start", was de opkomst van de telefoon niet meer te stoppen. In 1915 waren er in Nederland al 75.000 telefoonaansluitingen.

Het telefoonhuisje aan de Eemnesserweg In 1890 werd aan de Eemnesserweg in Baarn een telefooncentrale gebouwd. Een klein huisje dat nog steeds aan de Eemnesserweg te vinden is. Waarom er twee centrales waren weet ik niet. Er was immers ook een telefoonhuisje bij het station (zie boven). Wellicht was het ene huisje voor interlokaal telefoonverkeer en het andere voor lokaal telefoneren. Wie kan daar meer informatie over verschaffen?

Het mooie huisje aan de Eemnesserweg is nog steeds in uitstekende staat, en is met een kleine aanbouw aan de achterzijde in gebruik als woning. De achtertuin van de woning is de oude begraafplaats aan de Berkenweg. Dus van de achterburen heeft de bewoonster geen last.