woensdag 16 februari 2022

Een zondag in 1938 in de Laanstraatkerk

Een verhaal van Adriaan (Adrian oftewel Addie) Peetoom, Baarnaar in het buitenland, met een voor- en nawoord van Ed Vermeulen 


Ongetwijfeld herinnert u zich het prachtige verhaal  ’Baarnaars in het buitenland: van Baarn naar Calgary, Canada’ geplaatst op 18 augustus 2021 in de blogspot van het toenmalige Groenegraf.nl. Een verhaal dat zijn oorsprong vond in een door redactrice Christine Schut mooi geschreven interview in de Baarnsche Courant van 2 augustus van hetzelfde jaar, in de door haar geïnitieerde rubriek ’Baarnaars in het buitenland’. 



Addie (1934) vertelt in dit interview en het daarbij behorende aanvullende verhaal over zijn jeugd en werkopleidingen in Baarn, gevolgd door de emigratie naar Canada. Tevens gaf hij een boeiende inkijk in de wereld van de Baarnse middenstand van toen. Inmiddels zijn we een halfjaar en vele verhalen verder en is duidelijk geworden dat ook Addie Peetoom de smaak van het verhalen schrijven te pakken heeft gekregen. Hij stuurde ons twee verhalen van zijn hand. Verhalen uit zijn jeugd in Baarn. U staat nu op het punt zijn eerste verhaal getiteld ‘Een zondag in 1938 in de Laanstraatkerk’ te gaan lezen. Addie neemt ons, hijzelf aan de hand van zijn vader, mee van hun woning in de Noorderstraat 4 naar de sinds lang verdwenen Laanstraatkerk op de hoek van de Teding van Berkhoutstraat.

Laanstraatkerk
(Coll. Geheugenvanbaarn.nl)


In zijn verhaal noemt hij de precieze route van hun zondagse tocht en beschrijft hij zijn beleving en gevoelens in en van de zondagse dienst. Het leek ons daarom een aardig idee om aansluitend aan Addie’s verhaal deze wandeling in foto’s vast te leggen. En dan met name de huizen, winkels en gebouwen die ook al weer langer geleden aan de slopershamer ten prooi vielen maar in de tijd van Peetooms ’kerkepad’ in 1938 nog in volle glorie aanwezig waren.


Addie Peetoom’s verhaal:

Ik weet niet of dit voor iedere oudere hetzelfde is, maar zoveel van mijn persoonlijke herinneringen van vroeger zijn verbonden aan plekjes. Plekjes in Baarn (maar ook in Groningen waar onze familie gewoond heeft in 1943-45). Geregeld ’bezoek’ ik die twee plaatsen dan ook via Google Earth. En altijd komen dezelfde herinneringen weer naar boven. In dit relaas vertel ik iets over een Baarns gebouw dat niet meer bestaat, maar dat nog altijd een levendige plek heeft in mijn jeugd herinneringen, namelijk de Gereformeerde Kerk die op de hoek stond van de Laanstraat en de Teding Van Berkhoutstraat. Het zag er niet uit als een kerk – geen toren, gewone ramen. Van binnen een kale zaal met een orgel en een preekstoel. Mijn eerste herinneringen als kerkganger, ik was vier jaar oud, zijn aan dat gebouw. Ik noem die eerste kerk herinneringen ’voetstappen en bellen’. We woonden op Noorderstraat 4 en voor de morgendienst in de Laanstraatkerk liep ik met Vader door de Faas Eliaslaan, sloeg linksaf de Cantonlaan op, vervolgens rechts de Schooldwarsstraat, de huidige Malvastraat, in en daarna naar links door de Schoolstraat, via de Korte Schoolstraat, nu Kapelstraat, naar en over de Brink en dan het laatste stuk Laanstraat tot de kerk. In die tijd had ik het gevoel dat iedereen in Baarn op Zondag naar de kerk ging. Want terwijl ik met Vader naar onze kerk wandelde, hoorde ik voordeuren dichtslaan, de voetstappen van veel andere mensen, en kerkklokken (van de Pauluskerk op de Brink) boven ons aller hoofden. Ik zag als kleine jongen natuurlijk alleen de benen van al die volwassenen, en hun marcherende schoenen. In die tijd van weinig auto’s hoorde ik ook de waarschuwende bellen van fietsers, want wij kerkgangers liepen gewoon op straat. (Gereformeerden, behalve boeren van buiten Baarn, mochten toen niet op Zondag fietsen, Hervormden en Roomsen wel). Nog een bijzonderheid. In ongeveer dezelfde tijd had de Gereformeerde Synode 27 gezangen toegelaten tot het liedboek, na lange debatten en veel oppositie van Gereformeerden die alleen maar (oude) berijmde psalmen wilden zingen. Op sommige Zondagen kwamen we op weg naar de kerk een kerklid tegen die in de Schoolstraat woonde, waarvan Vader wist: die was al in de kerk geweest, zag een gezang aangekondigd op het bord, en ging weer naar huis! Hij wilde die beslist niet zingen. Ik herinner me ook de ongemakkelijke stoelen die lawaai maakten als je de zetel naar beneden klapte. Vader ging altijd nogal vroeg want hij wilde altijd op zijn ’eigen’ plaats zitten, ongeveer zes rijen naar achteren vanaf de kansel, aan het middenpad. In die tijd waren er geen op kinderen afgestemde diensten en was je overgeleverd aan lange preken (en 1 King pepermunt per kerkgang). 

Slechts één King pepermunt per dienst
(Bron: internet)

Je wist dat je stil moest zitten, want ouders beoordeelden elkaar op de maat van het gedrag van hun kinderen in de kerk. Geen gehuil, geen luide stemmen, en niet constant in beweging zodat de aandacht voor de preek van de volwassene naast je niet onderbroken werd. Ik was altijd erg gehoorzaam! Die gehoorzaamheid werd op een Zondag op de proef gesteld. 

 Professor Johan Herman Bavinck (1895-1964),
theoloog, predikant, zendeling en hoogleraar
(Bron: internet)

Op die Zondag zou een beroemde Gereformeerde zendingstheoloog en Professor Bavinck preken in de Laanstraat Kerk, en iedereen wist: de kerk zou die Zondag stampvol zijn, met eigen leden, en ook gast-leden van de Gereformeerde kerk aan de Oude Utrechtse Weg. Dus gingen Vader en ik vroeger dan anders. Mooi, ’zijn’ plaats was er nog, misschien wel een half uur voor de dienst zou beginnen. En inderdaad, de kerk liep vol, een bijna onafgebroken geluid van zetels die naar beneden klapten. Tot er in de banken geen open plaatsen meer waren, en de mensen langs de zijkanten gingen staan. En toen, voor de dienst zou beginnen, kwam er een ouderling  uit de consistorie kamer, en vroeg (gebood?) de ouders om hun kinderen naar voren te sturen zodat volwassenen een stoel hadden. ’Naar voren’  betekende zitten op een van de drie (?) wijde en diepe dwarstreden voor de preekstoel, met je gezicht naar de mensen. Ik was een van die kinderen. En ik kan me nog herinneren hoe moeilijk het was je ouders te eren met stil zitten die Zondag. Bijna onmogelijk. Iedereen kon je zien. En de preek duurde zo lang. De pepermunt al lang op. En de mensen maar kijken. En geen steun in je rug. En de mensen maar kijken. Hoe lang nog? Terwijl ik dit schrijf heb ik weer een herinnering aan de pijn in mijn rug! En toch: goede herinneringen aan de voetstappen en bellen van elke Zondag toen. Behalve als ik tijdens bezoeken aan Baarn de oude kerkepad route loop. Dan vraag ik me nog steeds af waarom een ouderling met misschien een paar jeugdleiders ons niet meenamen voor een wandeling tijdens de dienst, bijvoorbeeld door het Baarnse Bos en langs de Grote en de Kleine Kom. 

 Het Baarnse Bos met de Grote Kom
(Coll. Geheugenvanbaarn.nl)


Met misschien een verhaal over hoe God zo veel moois geschapen had: bomen, struiken, bloemen, paddenstoelen, eenden, zwanen, mussen, eekhoorns, paden om op te wandelen, en daarboven de hemel! Dat zou voor ons kleintjes een mooie preek geweest zijn. Maar zulke dingen mochten toen niet. Jammer!   

Nawoord:

Hier eindigt Addie Peetooms verhaal over andere tijden. Zoals beloofd lopen wij aan de hand van oude, veelal naoorlogse,  foto’s dezelfde route, die Addie en zijn vader vele zondagen gevolgd hebben, waarbij we hebben getracht de situatie uit 1938 zo goed mogelijk weer te geven. We laten u een aantal villa’s, winkels en gebouwen zien, die ooit Baarn sierden maar naar later zou blijken de lijst  van Baarns erfgoed niet gehaald hebben en in aanraking zijn gekomen met de slopershamer teneinde plaats te maken voor nieuwbouw. Bij iedere foto een paar trefwoorden om u op weg te helpen.  

Fotoreportage komende vanuit de Noorderstraat…..


















Dank aan: Addie Peetoom voor zijn verhaal
 Eric van der Ent voor lay-out fotoreportage.