woensdag 21 oktober 2015

Vluchtelingen in Baarn

door Eric van der Ent


Dhr. en mevr. Van Wessel, latere bewoners van de noodwoningen voor
Belgische vluchtelingen aan de Padangstraat.
(Foto: coll. Fam. Vet)
Het is een zorgelijke tijd. De situatie in Syrië en Irak en vele andere gebieden loopt volledig uit de hand. Miljoenen mensen in het Midden-Oosten zijn slachtoffer van oorlog en geweld. Zij slaan op de vlucht om hun levens te redden of ze zitten vast in gebieden waar het leven is ontwricht door het wegvallen van allerlei voorzieningen. In Europa ziet men met angst en beven de grote stroom vluchtelingen op zich af komen. Men maakt zich daar grote zorgen over. En terecht. Ook ik maak mij zorgen over al die ontheemde mensen die geen kant meer op kunnen en hopen dat ze hier een betere toekomst kunnen opbouwen. Nederland biedt opvang aan heel veel vluchtelingen. Ook Baarn moest zijn steentje bijdragen. Op maandag 5 oktober kwam een groep van 150 vluchtelingen aan in de tot crisisnoodopvang omgebouwde sporthal De Trits om op zaterdag 10 oktober weer te verhuizen naar opvang elders in het land. Onze burgemeester Mark Röell deed een oproep om vrijwilligers te werven en spullen voor noodhulp in te zamelen. Baarn hielp massaal, prachtig! Helaas werd ook in Baarn via sociale media gal gespuid door mensen die de vluchtelingen het liefst onmiddellijk weer zouden zien vertrekken. Mensen die zich opwindenover het feit dat hun zoontje of dochtertje een dagje niet kon zwemmen of sporten. Ook ik ben bezorgd over de grote stroom vluchtelingen, maar laten we elkaar alstublieft als mensen blijven zien. Gelukkig toonden de meeste Baarnaars een hartverwarmende gastvrijheid, ondanks de grote zorgen die ze bij de grote stroom vluchtelingen hebben.

Waarschijnlijk vraagt u zich af waarom dit betoog in deze rubriek aan de orde komt. Deze rubriek gaat over de geschiedenis van Baarn en haar inwoners. U bent van ons gewend dat we vaak een bruggetje van het heden naar het verleden maken. In dit geval wil ik u mee terugnemen naar de tijd van de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Ook toen kreeg Nederland te maken met een enorme stroom vluchtelingen voor oorlogsgeweld. Ongeveer een miljoen Belgen vluchtten de grens over naar Nederland, dat in die tijd ongeveer 6,5 miljoen inwoners telde. Het inwonertal van Nederland nam dus maar liefst met 15% toe door die vluchtelingen.

Ook in die tijd zal men zich zorgen gemaakt hebben, maar ook toen werd (ook in Baarn) voor opvang gezorgd. Baarn liet aan de Padangstraat zelfs houten noodwoningen bouwen. Die woningen bleven, overigens ook nadat de Belgische vluchtelingen weer huiswaarts keerden, in gebruik. Gewone Baarnse gezinnen trokken in de woningen. Aan de Spoorweglaan (later Gerrit van de Veenlaan) stelde dhr. Korthals Altes enige kamers van zijn villa Eikenhorst ter beschikking om als schoollokalen te kunnen dienen. Acht gevluchte Belgische onderwijzers gaven daar les aan 32 Belgische kinderen. In de Gooi- en Eemlander van 4-11-1914 is te lezen dat fanfarekorps Crescendo en de gymnastiekvereniging een uitvoering gaven in hotel Central ter ontspanning van de alhier vertoevende Belgische vluchtelingen. Ook in die tijd werden gymlokalen van scholen ingericht als noodopvang. Tevens werd er een comité opgericht dat zich tot doel stelde om Belgische gezinnen onder te brengen bij Baarnse gezinnen. Het bestuur van dat comité bestond uit de heren Enthoven, Beets, Van Ditzhuijzen en Wijkamp. Men probeerde om de Belgische gezinnen onder te brengen bij ‘armere’ Baarnse gezinnen. Voor het verlenen van pension werd een vergoeding gegeven. En zo sneed het mes aan twee kanten. Dat geld voor die vergoedingen werd door vermogender Baarnse gezinnen opgebracht.

Militairen ingekwartierd bij een boerderij aan het Zuidereind in Baarn
(Foto: coll. Stichting Groenegraf.nl)
Militairen aan het Zuidereind.
Foto: Coll. Stichting Groenegraf.nl
In 1915 werden bovendien ongeveer 2000 militairen ingekwartierd in Baarn. Dat maakte het probleem niet eenvoudiger. Ook zij moesten huisvesting hebben. Vaak werd die huisvesting gevonden bij boerderijen, bijvoorbeeld aan het Zuidereind in Baarn.
In totaal werden enkele honderden Belgische vluchtelingen in Baarn opgevangen. Zo ook bij de weduwe Albertha Wilhelmina Staal-Lankamp. Zij woonde aan de De Wetstraat 49, Baarn en was al een aantal jaar weduwe. Hierdoor had ze plaats voor het Belgische echtpaar Temmerman-Kinjet en hun zoon Joseph. In het Baarns Nieuwsblad van 15-11-1918 is te lezen dat het gezin Temmerman aan het front in België hun andere zoon Bazil Temmerman moest verliezen.
In die oorlogsjaren werden de vluchtelingen in Nederland en Baarn geholpen. Ongetwijfeld zal men zich over de grote stroom vluchtelingen destijds ook zorgen gemaakt hebben. Die jaren waren voor de Baarnaars ook moeilijk. Denk maar eens aan de Spaanse griep en de crisis door de oorlog. Tegenwoordig hebben we het toch behoorlijk goed met zijn allen. Laten we humaan met de vluchtelingen omgaan en hulp bieden aan die vluchtelingen die het zo hard nodig hebben.


Voor het samenstellen van dit artikel zijn  krantenberichten uit 1914-1918 uit de collectie van de Koninklijke Bibliotheek geraadpleegd.

Dit verhaal verscheen op maandag 28 september 2015 in de Baarnsche Courant  in de rubriek

  ’Vandaag is morgen alweer gisteren (bruggetjes naar vroeger)’

Deze rubriek is een samenwerking tussen de Historische Kring Baerne en Groenegraf.nl    








Eric van der Ent











Vragen, opmerkingen of tips? Neem gerust contact op. Uiteraard kunt u groenegraf.nl ook volgen op Facebook en Twitter