donderdag 3 november 2016

Piet Olyslager ontwierp zijn eerste auto in Soest

Piet Olyslager achter zijn
 tekentafel in Soest
Piet Olyslager woont op enige afstand van de grote weg van Soest naar Amersfoort. Vanuit zijn werkkamer kan hij nog juist een glimp opvangen van de voorbij glijdende auto's, zonder door het rumoer van het verkeer te worden gestoord. Als wellicht geen ander in Nederland kent deze man het geheim van de wegschietende wagens. Met een energie en een uithoudingsvermogen, welke men hem kan benijden, heeft hij zich een vak eigen gemaakt. dat slechts drie of vier mannen in de wereld het hunne kunnen noemen, namelijk dat van auto-ontwerpen. De deftige élégance en de slanke lijn van de duurste wagens. die men maar zelden ziet, zijn ontworpen op het tekenbord van Piet Olyslager te Soest. in de hoek van een ruime kamer, boordevol met boeken, tekeningen, paperassen, auto-emblemen enzovoort.

Het is opmerkelijk, dat een Nederlander op dit gebied zulk een carrière heeft kunnen maken, dat zijn naam zo'n goede klank heeft in alle autocentra van de wereld, terwijl ons land toch op het gebied van autoproductie nog maar weinig recht van spreken heeft. De verklaring is wellicht dat deze man in snelheden denkt.
een impressie van de race op de Nurenburgring in 1938

De trilling van de motor zit hem in het bloed. Men moet zeker een half uur met hem gesproken hebben om enigszins thuis te geraken in zijn vakjargon, waarin woorden als scheuren, spuiten, accelereren bepaalde uitdrukkingen zijn voor het begrip snelheid. Het is zeker niet te verwonderen, dat een man, die zo door de snelheid bezeten is en daarnaast een onmiskenbaar talent voortekenen heeft, beter dan wie ook in staat is indrukken te geven van een autorace of de slanke lijnen te ontwerpen voor een nieuwe snelle wagen.

Piet Olyslager is iemand die het autovak van jongs af aan geleerd heeft. Reeds op zesjarige leeftijd leerde hij autorijden en manoeuvreerde hij de wagens in en uit de garages. Een prestatie die de bewondering zal afdwingen van iedere automobilist die bij dit werk al eens een deur geramd heeft. Nadat hij het lyceum verlaten had, werkte hij in het buitenland als monteur, chef-monteur, autoverkoper, bedrijfsleider van een autofabriek en organisator van racewedstrijden. Hij wilde juist coureur worden, toen de oorlog uitbrak. Gedurende die periode van gedwongen rust herinnerde hij zich, dat hij vroeger verdienstelijk tekende. Uit buitenlandse bladen kende hij de tekeningen van racewedstrijden en als insider zag hij onmiddellijk hun zwakke zijde. Hij wilde proberen het beter te doen. Met ijzeren geduld en volharding toog hij aan het werk, om zich in een geheel nieuw vak te bekwamen. Na zijn tekeningen talloze malen te hebben verscheurd, slaagde hij in zijn opzet. Zijn vrienden waren enthousiast en spoorden hem aan ontwerpen voor auto's te maken.

Toen de bevrijding kwam, was hij een der eersten die de grenzen overging met een rol nieuwe automodellen onder de arm. De directie van de Talbot Lago-fabrieken te Parijs was zó ingenomen met zijn werk, dat de directeur uitriep: ,,Daar heb ik twintig jaar op zitten wachten." Van Parijs uit, waar hij aan de Talbot fabrieken een eigen atelier heeft, breidde zijn faam zich uit over heel west Europa en drong ook door in Amerika. Uren kan Piet Olyslager vertellen.

Hij heeft vrienden bij alle autocentra hij kent bijna alle beroemde coureurs en velen van hen bestelden tekeningen hij hem. Hij kan boeiend uitweiden over de rally's en races die hijzelf gereden heeft en waarvan de trofeeën in zijn werkkamer prijken. Hij kan vertellen van de bobbelige wegen van de Balkan (van voor de oorlog) en van de glooiingen en haarspeldbochten op racebanen. Hij heeft een bijzonder voorliefde voor renwagens, waarvan de motoren wonderen van techniek zijn. Hij liet ons blauwdrukken zien van renmotoren, waaromheen hij een carrosserie had moeten bouwen. Piet Olyslager ontwierp onder meer de carrosserie voor de Talbot-renwagen, waarmee enige weken geleden op het circuits te Zandvoort de Grote Prijs van Nederland gewonnen werd. Op tekeningen er van stond met grote letters, "Top Secret" geschreven.

alle auto's van Piet Olyslager op de beurs in Parijs in 1948

De lezer verwonderde zich niet, dat wij inzage kregen van deze allerbelangrijkste documenten. Het waren namelijk oude tekeningen die voor ingewijde al geen geheimen meer hadden. Overigens had Piet Olyslager ons met veel vertrouwen splinternieuwe geheime blauwdrukken kunnen voorleggen, want uit de wirwar van lijnen konden wij niets anders opmaken dan dat het wel iets met motoren uit te staan had. En daarmee zaten we midden in de geheimzinnige wereld van nieuwe motoren, een wereld, die schrijvers geïnspireerd heeft  tot verhalen over spionage en intriges. Maar al deze romantische franje voor de motoren van de luxewagens. De fabrieken sparen moeite noch kosten om hun renwagens tot de beste van de wereld te maken. Als men zulk een wagen kan kopen, wat dikwijls onmogelijk is, omdat vele fabrieken ze niet verkopen, maar voor eigen doeleinden gebruiken, kan men wel een tweehonderdduizend gulden neerleggen. Elk onderdeel wordt door specialisten behandeld: de compressoren, de bougies, ja zelfs de banden.


wereldrecord racewagen met een snelheid van 600km per uur
op de zoutvlakte in Utha in Amerika
Zo heeft men voor de wereldrecordwagen van John C'obb in Amerika, die een snelheid bereikt van zeshonderd
kilometer per uur, speciale banden moeten maken van zeer fijn canvas met een uiterst dun laagje rubber. Het zal velen wellicht bevreemden, dat de banden zo dun moeten zijn, maar onderzoekingen hebben uitgewezen, dat het oppervlak van de banden bij dergelijke snelheden als het ware in een punt gaat staan. Als het rubber te dik is, wordt deze er door de middelpuntvliedende kracht afgeworpen, en wel met zulk een geweld, dat de stukken de carrosserie kunnen beschadigen. Geen wonder dat renwagens fantastisch duur zijn.

een racewagen van Piet Olyslager
Terwijl wij het over snelheden hebben, plaatst deze man, die op renbanen snelheden gemaakt heeft tot ver over de tweehonderd, een opmerking, welke wij zeker niet van hem verwacht zouden hebben, namelijk, dat de Nederlandse automobilist over het algemeen veel te hard rijdt. Snelheden boven de honderd kilometer zijn op onze wegen, waar ieder ogenblik een kind de weg kan oversteken, onverantwoordelijk, te meer, daar vele automobilisten hun wagen niet door en door kennen en vaak onbedreven zijn in het schatten van afstanden en in de juiste reacties bij plotseling slippen.

De tekeningen van Piet Olyslager hangen bij autoliefhebbers over de gehele wereld. Hij schreef enige boeken over de historie van de auto, over autosport en -techniek, en werkt regelmatig mee aan verschillende buitenlandse bladen.

Binnenkort hoopt hij deel te nemen aan de grote rally van Afrika van Algiers tot Kaapstad, twintigduizend kilometer uit en thuis. Dan komt er misschien een nieuwe beker in zijn werkkamer te staan, maar daarna gaat hij weer tekenen en schrijven.





      
Geplaatst door L.J.A.Bakker 




Heb je vragen, opmerkingen of tips? Neem gerust contact op. Uiteraard kunt u groenegraf.nl ook volgen op Facebook en Twitter