door Eric van der Ent
De auto van familie Wurfbain uit Amsterdam. Het autootje is een "Vivinus" 3pk Voiturette. Regelmatig werd de familie Schouten uit de Hoofdstraat met dit voertuig bezocht. |
De techniek stond echter niet stil. De wegen werden verhard en de door paarden aangedreven koetsen werden vervangen door mechanische heilige koeien, oftewel automobielen. Wie er in de allereerste automobielen in Baarn reden is moeilijk te achterhalen. Dat wordt pas duidelijk als er ook een registratiesysteem voor deze automobielen ingevoerd wordt. Voor elk voertuig, zwaarder dan 150 kg, voortbewogen door een mechanisch kracht, moet een vergunning van Rijkswege aangevraagd worden. Kreeg men die vergunning, dan moets men een rijksnummerbewijs voor op de auto bevestigen. Tot 1906 is dat gewoon een volgnummer, beginnend bij 1.
De officiële afgifte van Rijksnummer 1 was aan W.A. van Dam uit Groningen, op 26 april 1898.
Door die registratie is het nu mogelijk om te achterhalen wie in Baarn en omgeving de eerste (geregistreerde) automobielen bezat.
Reg.nr. | Jaar | Voorletters | Stad | Merk |
38 | 1903 | J. H. van West | Baarn | De Dion Bouton |
40 | 1905 | M. Korthals Altes | Baarn | |
78 | 1904 | J. L. Pierson | Baarn | Clément-Bayard |
111 | 1905 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | |
139 | 1904 | C. J. Dekkers | Baarn | Clément-Bayard |
320 | 1903 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | |
359 | 1901 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | Cudell systeem De Dion Bouton |
359 | 1903 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | Peugeot |
359 | 1903 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | |
359 | 1904 | A. H. H. Boissevain | Lage Vuursche | Peugeot |
359 | 1904 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | |
484 | 1903 | C. de Vletter | Soest | |
504 | 1901 | A. J. Korthals Altes | Baarn | Locomobile |
567 | 1902 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | Peugeot |
567 | 1902 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | |
568 | 1902 | A. A. H. Boissevain | Lage Vuursche | |
568 | 1904 | A. H. H. Boissevain | Lage Vuursche | Spijker |
590 | 1902 | W. Ch. F. Paine Stricker en J. H. van West | Baarn | |
607 | 1903 | C. W. F. Payne Stricker | Baarn | |
638 | 1902 | F. T. A. Muijsken (Muysken) | Baarn | F.N. |
677 | 1902 | J. van Doornik | Baarn | F.N. |
710 | 1902 | W. Ebeling | Baarn | |
821 | 1903 | H. Wesselius Sr. | Baarn | |
821 | 1905 | L. Wurfbain | Baarn | |
835 | 1902 | N. P. Wolff | Baarn | |
838 | 1902 | G. Frohn | Baarn | |
910 | 1903 | Ch. Guillard | Soestdijk | |
910 | 1904 | P. A. van Hengstum | Soest | |
924 | 1903 | J. van Doornik | Baarn | |
983 | 1903 | H. Wesselius Sr. | Baarn | Richard |
1034 | 1903 | C. W. F. Paine Stricker | Baarn | Peugeot |
1035 | 1903 | J. H. van West | Baarn | Oldsmobile |
1065 | 1903 | L. R. E. W. Hartog van Banda | Baarn | Clément |
1132 | 1903 | J. W. Nienhuys | Baarn | Locomobile |
1157 | 1903 | L. J. Enthoven | Baarn, Amsterdam | Oldsmobile |
1171 | 1903 | C. Sweris | Baarn | systeem Mathieu |
1171 | 1905 | C. Sweris Jr. | Baarn | |
1177 | 1903 | L. Wurfbain | Baarn | |
1223 | 1905 | A. J. L. Siddré | Baarn | |
1338 | 1904 | J. van Doornik | Baarn | |
1443 | 1904 | P. N. Wolff | Baarn | |
1443 | 1905 | P. N. Wolff | Baarn | |
1572 | 1905 | Ch.W.F. Paine Stricker | Baarn | |
1914 | 1905 | S. M. Royaards | Soesterberg | |
2024 | 1905 | H. Wesselius | Baarn | |
2044 | 1905 | F. P. A. Muysken | Baarn | Peugeot |
2045 | 1905 | J. L. Pierson | Baarn |
Boissevain
A.A.H. Boissevain (1843-1921) |
Een naam die er gelijk uitspringt is A.A.H. Boissevain uit Lage Vuursche. Tussen 1902 en 1905 werden maar liefst 11 automobielen op zijn naam geregistreerd. Hij moet een vermogend man geweest zijn. En dat was hij ook.
Athanase Adolphe Henri Boissevain (1843–1921) richtte in 1875 met een Amerikaanse effectenrelatie de firma Adolphe Boissevain & Co op. Deze firma hield zich vooral bezig met twee activiteiten: de introductie van Amerikaanse effecten op de Amsterdamse beurs en de effectenarbitrage tussen Amsterdam, New York en Londen. Ter versterking van de positie richtte Adolphe, met zijn Amerikaanse relatie Blake Brothers, in 1888 in Londen de firma Blake, Boissevain & Co op. Tezamen vormden de 3 firma’s in de 3 financiële centra een sterke combinatie. De belangrijkste assistent van Adolphe in de effectenarbitrage was Jan Lodewijk Pierson Sr., die later als firmant in het bedrijf werd opgenomen. Enkele jaren na het terugtreden van Adolphe werd de naam van de firma gewijzigd in Pierson & Co., een voorloper van de huidige investment bank MeesPierson. (Bron: Wikipedia)
Boissevain kon zich dus wel een paar auto's veroorloven.
Treinstaking
Villa Corali, Cantonlaan 10 Woning van Cornelis Johannes Dekkers (1863-1940) |
In het boek "Het Paardloze Voertuig" is informatie te vinden over automobielen tot 1906. Hier is ook te lezen dat Cornelis Johannes Dekkers (1863-1940), commies in effecten, in 1903, ten tijde van de spoorwegstakingen, een automobiel moest huren om naar zijn werk in Amsterdam te rijden. Dat beviel hem zo goed dat hij in 1904 van W.J. Stokvis in Arnhem een tweecilinder Clément-Bayard kocht. Deze automobiel werd geleverd door garage Frohn in Baarn. De garagerekeningen voor deze auto uit 1904 tot 1908 geven een aardig beeld van de onderhoudskosten voor een gemiddelde auto in die tijd. In het jaar 1907 beliep het totaalbedrag aan rekeningen bij de garage Frohn Fl 126,52 . De meest frequente posten waren bezine (107 liter a 0,18 cent per liter), motorolie (12,5 liter a 0,45 cent per liter) en wat kleine reparaties . De belangrijkste uitgave was een Dunlop buiten- en binnenband á Fl 85,50. In 1904 werd de auto nog maandelijks gereinigd en gepoetst en soms gesmeerd (kosten fl 0,75 zonder en Fl 1,00 met smeren), maar in 1907 werd het vermoedelijk in eigen beheer gedaan, want hiervoor werden geen kosten meer in rekening gebracht . Een grote beurt op 16 juli 1908 omvatte het geheel uit elkaar nemen, reinigen , herstellen en weer monteren van de auto, waarvoor de totale kosten (inclusief klein materialen) ruim Fl. 100,00 bedroegen. In dat jaar beliep het totaal aan rekeningen (inclusief de genoemde grote beurt Fl. 150,50, zodat voor 105 liter benzine, 6 liter olie en wat kleine raparaties ongeveer Fl 50,00 resteerden.
Garage Frohn
De Wielerbaan van Frohn in 1901 |
Dat Dekkers zijn automobiel via garage Frohn kocht is geen toeval. De meeste automobielhandelaren uit die tijd waren oorspronkelijk smid of rijwielhandelaar. Gerardus George Johannes Mattijs Frohn (1871-1910) was van vele markten thuis. Hij was van oorsprong fotograaf, maar naast zijn fotografenwerk begint hij een rijwielhandel in de Laanstraat in Baarn. Die zaak wordt helaas door het omvallen van een olielamp in 1887 door brand verwoest. Hij begint dan samen met twee broers een fotozaak in Deventer, maar in 1890 keert hij samen met broer Nicolaas Christiaan terug naar Baarn om weer als fotograaf aan de slag te gaan. Later legt hij zich weer toe op de verkoop van rijwielen. Tussen 1897 en 1901 exploiteerde hij de wielerbaan in het Wilhelminapark.
Een advertentie van Frohn uit 1905 |
Naast de verkoop van rijwielen richt hij zich op de verkoop van automobielen. Zelf kon hij er zich ook één veroorloven (zie het lijstje met autobezitters). Dat zou hem helaas fataal worden. Op 7 september 1910 verongelukt Gerardus. Hij reed met zijn auto door Amsterdam. In de Roelof Hartstraat botste hij met een tramwagen. In zijn auto had hij nog twee dames en maar liefst acht kinderen bij zich. Hij kwam in volle vaart in botsing met de tram van lijn 3. Frohn werd uit de auto geslingerd tegen de tram aan en raakte levensgevaarlijk gewond aan hoofd en neus. De kinderen in de auto liepen slechts lichte kwetsuren op. De dames bleven ongedeerd terwijl ook de trambestuurder licht gewond was. Gerardus werd per rijwielbrancard overgebracht naar het Wilhelminagasthuis. Daar overleed hij aan de gevolgen van zijn verwondingen. Frohn werd overgebracht naar Baarn om op de R.K. begraafplaats aan de Kerkstraat begraven te worden.
Zo ziet u maar dat het hebben van zo'n mooie automobiel niet altijd geluk bracht.
Schande!
In 1903 beklaagt de Nederlandsche Automobielclub zich over het feit dat bij Baarn onevenredig veel tol geheven wordt aan automobilisten. Voor een voertuig dat getrokken wordt door paarden wordt slechts 7,5 cent tol gevraagd. Voor een automobiel betaalt men maar liefst 20 cent. En dat terwijl paarden veel meer schade aan wegen toebrengen dan automobielen. Schande!
Op de prachtige website van de Contactgroep Automobiel- en Motorrijwielhistorie is een prachtige collectie oude foto's te bekijken. Ook een aantal auto's uit 'ons lijstje' is daar te zien. Klik hier.
Eerder schreef ik al een artikel over Baarnse automobielen. Klik hier.
Met dank aan dhr. W.J. van Gelder, Makkinga voor zijn hulp bij het schrijven van dit verhaal.
Eric van der Ent |