Mattheus Zeiler was linnenwever in het stadje Isny in het Allgäu, Duitsland, aan de noordoostzijde van het Bodenmeer. Lange tijd was dat gebied het centrum van de vlasbouw, maar door de mechanisatie en de daarmee gepaard gaande opkomst van katoen daalde de vraag naar vlas in rap tempo en kwamen linnenweverijen in het gebied stil te staan. Mattheus zag geen toekomst voor zijn zoons, onder wie Andreas Zeiler (1811-1890), en stuurde ze naar een familielid in Amsterdam. Daar werden ze opgeleid tot meubelmaker. Maar ook nu kregen ze als handwerkers te maken met concurrentie van fabrieksmatig gemaakt meubilair dat goedkoper geproduceerd kon worden. Mogelijk was dat de reden dat Andreas zijn kinderen een ander vak liet kiezen. Zijn oudste zoon, Christiaan Fredrich Zeiler (1842-1895) liet hij opleiden tot kok. Christiaan opende een restaurant in de Wolvenstraat in Amsterdam. Onder zijn klanten waren veel welgestelde beursmensen.
Naar Baarn
In 1874 werd de spoorlijn van Amsterdam naar Amersfoort gerealiseerd. Christiaan Fredrich zag dat het toerisme naar het Gooi- en Eemland door die spoorlijn op gang kwam en dat veel van zijn klanten naar die regio, vooral naar Baarn, verhuisden. Hij reisde met zijn echtgenote Berendina Philipina Sara van Fulpen en hun drie kinderen, Emilie (1876), Johan Carel (1877) en Christiaan Frederich jr. (1879) zijn klanten achterna en vestigde zich in Baarn. Hier werden nog vijf kinderen geboren: Eduard (1880), Berendina Philippina Sara (1882), Hendrik Willem (1884), Henriëtte Johanna (1886) en Emma Henriëtte (1887). Op 15 mei 1880 opende hij als ‘Cuisinier-Patissier’, zijn ‘restauratie’ in villa Dalhof, Dalweg F212, later werd dit nummer 18.
|
Villa Dalhof aan de Dalweg (Coll. Geheugenvanbaarn.nl) |
Vanaf 1883 stelde hij er ook appartementen beschikbaar. De zaak floreerde zodanig dat in 1884 een grotere lokatie gevonden moest worden. Hij kocht ‘Villa Amalia’ aan het Stationsplein, tegenover het station van de toenmalige eigenaresse, de weduwe Teixeira de Mattos.
|
Villa Amalia aan het Stationsplein (Coll. Geheugenvanbaarn.nl) |
In 1885 gaf Zeiler opdracht tot het bouwen van een groter hotel. Deze bouw gebeurde op een merkwaardige wijze. Villa Amalia werd zelf niet vergroot, maar vóór de villa werd een tweede pand gebouwd, qua vorm ongeveer gelijk aan de villa, maar wel twee keer zo breed. Tussen de beide panden kwam een verbindingsstuk. Villa Amalia is tegenwoordig totaal verdwenen. Achter het voormalige hotel is slechts een kubusvormig bouwsel tegen het verbindingsstuk aan. De opening van het nieuwe hotel was in 1886. De eerste steen werd gelegd door jongste zoon Hendrik Willem Zeiler (1884-1941).
|
Hotel Zeiler, nog zonder de zijvleugels (Coll. Geheugenvanbaarn.nl) |
De uitbreiding van het hotel bleek een gouden greep. De recent aangelegde spoorlijn bracht vele toeristen uit de steden naar Baarn. Het tegenover het station liggende Hotel Zeiler was voor de toeristen een voor de hand liggende keuze om tijdens hun vakantie in Baarn te verblijven. Hotel Zeiler kreeg al snel een internationale reputatie. De kok uit de Wolvenstraat in Amsterdam was een vermaard hotelhouder geworden.
Zelf woonde de familie Zeiler in het souterrain van het hotel. Daar was ook de ‘koffiekeuken’, waar ontbijt, lunch en koude gerechten klaargemaakt werden, en de grote keuken voor de warme gerechten. Ook was daar de linnenkamer annex dienstbodenkamer, de wijnkelder en de kolenberging. In het hotel verbleven ‘voorname notabelen’ met hun gezinen en soms ook met personeel, om hun vakantie in Baarn door te brengen. Ze vermaakten zich met wandelingen in de prachtige bossen en lieten zich rondrijden in rijtuigen. Vandaar dat het hotel in 1888 een stalhouderij kreeg. De stalhouderij bestaande uit stal en koetshuis lag aan de Amalialaan. Later werd deze stalhouderij verhuurd aan A.G.J. Ambrosius, die er koetsen verhuurde en pensionstalling verzorgde.
Overlijden C.F. Zeiler
Nog geen tien jaar na de opening van het hotel overleed Christiaan Fredrich Zeiler aan een longontsteking ten gevolge van een zwempartijtje in de Eem. Hij werd slechts 52 jaar oud. Dat hij naam gemaakt had als hotelhouder blijkt ook uit het feit dat zelfs de buitenlandse vakpers aandacht besteedde aan het overlijden. Hij werd begraven op de Oude Algemene Begraafplaats aan de Berkenweg.
|
Het graf van Christiaan Frederich Zeiler en echtgenote en zoon Eduard op de oude begraafplaats. Dit graf blijft gelukkig voor ons nageslacht bewaard. (Foto: Geheugenvanbaarn.nl) |
De weduwe Zeiler zette de zaak voort, vooral met de hulp van oudste dochter Emilie, die inmiddels 21 jaar oud was. De oudste twee zonen, Johan Carel Andreas en Frits, gingen steeds voor langere tijd uit huis. Frits deed in die tijd elders veel ervaring op in het hotelvak.
Bij de weduwe was het hotel ook in goede handen. In 1906 liet ze het hotel weer vergroten. Toen werd namelijk de bovenste verdieping groter gemaakt. Zo kwam het gebouw eruit te zien zoals we dat nu kennen.
Hoe verging het de kinderen Zeiler?
Dochter Emilie trouwde in 1907 met Gerrit Mulder, oberkellner van Hotel Zeiler. Ze vertrok naar Dordrecht, waar ze met haar man Hotel Ponsen kocht. Na het overlijden van haar echtgenoot in 1934 zette ze de zaak voort. Emilie overleed in 1961 in Baarn.
Oudste zoon Johan had uiteraard het hotel over moeten nemen, maar dat is niet gebeurd. Hij had geen interesse en bereidde zich daar niet op voor. Veel is niet bekend over zijn verdere loopbaan, alleen dat hij werkte op verschillende boerderijen, onder andere in het noorden van het land. Waarschijnlijk is hij ook kok in Rhenen geweest. Hij overleed in 1958. Zijn naam staat vermeld op de gevel van Heemskerklaan 21 als mede-oprichter van de ijsfabriek.
|
Frits Zeiler (Coll. Geheugenvanbaarn.nl) |
Christiaan Frederich jr. (Frits) deed tien jaar lang praktijkervaring op voor het hotelvak, meest in het buitenland, het langst in Italië. In 1907 begon hij zijn eigen hotel, Hotel Nassau, in Bergen aan Zee. Een groot avontuur want Bergen aan Zee bestond in die tijd nog maar uit twee gebouwen.
Eduard vertrok naar Suriname, werd daar koffieplanter en trouwde met de Surinaamse Georgine Jeane Bender. Zij kregen acht kinderen. Eduard overleed in 1926 in Amsterdam werd begraven bij zijn ouders op de oude begraafplaats in Baarn.
Berendina (Dien) verliet Baarn ook. Ze trouwde met Frederik Albert Bouman, die later schout-bij-nacht werd.
Henk trouwde met de Surinaamse Henriëtte Gerharda Bender, zus van de echtgenote van Eduard. Hij werd rubberplanter op Java. Het huwelijk bleef kinderloos.
De jongste twee dochters. Jet en Emma, bleven Baarn en het hotel trouw. Eind 1907, toen zij 20 en 21 jaar oud waren konden zij hun oudste zus Emilie vervangen. Emma deed vooral de administratie, maar hielp de eerste zeven jaren ook haar broer Frits met het hotel in Bergen aan Zee.
|
Emma en Jet Zeiler in de achtertuin van het hotel. Juli 1942. (Coll. Historische Kring Baerne) |
In 1907 werd van Hotel Zeiler en van de hotels Nassau en Ponsen een naamloze vennootschap gemaakt, met de gezinsleden als aandeelhouders. Elk jaar werd in het hotel een aandeelhoudersvergadering gehouden, die gelijk als familiereünie gebruikt werd. De hotels werkten nauw samen. Ze kochten gezamenlijk in en leenden elkaars hotelbenodigdheden. Frits was toen de drijvende kracht achter de hotels. Toen moeder Zeiler in 1916 op 65-jarige leeftijd haar activiteiten stopte werd er voor haar een huis gebouwd achter het hotel. Dat huis bestaat nog en heeft nu het adres Koningsweg 50. Ze overleed in 1925 en werd bij haar echtgenote op de oude begraafplaats begraven.
Halverwege de jaren twintig van de vorige eeuw was het winstgevend exploiteren van het hotel lastig. In de crisisjaren werd zelfs verlies geleden. In de oorlog werd echter weer winst gemaakt. Kamers werden verhuurd aan Indiëgangers die terug kwamen en Nederlanders die door oorlogsgeweld hun huis kwijt waren. In het laatste oorlogsjaar werd het hotel gevorderd door de Duitsers. De famile Zeiler bleef in het souterrain wonen. Ook familieleden van buiten Baarn kwamen terug naar Baarn, onder andere Frits en zijn vrouw uit Bergen aan Zee. Zijn hotel werd in 1943 door de Duitsers met de grond gelijk gemaakt voor de aanleg van de Atlantic Wall. Frits overleed in 1944 in Baarn. Zijn echtgenote werkte in het laatste jaar van de oorlog in een noodziekenhuis aan de Spoorweglaan (nu Gerrit van der Veenlaan). Na de oorlog begon ze weer een hotel in Bergen aan Zee.
Einde aan tijdperk Zeiler
Na de oorlog huisden geallieerde militairen in het hotel. Pas in 1946 kon de normale exploitatie weer worden voortgezet. Na een aantal jaren van verlies werd vanaf 1955 weer winst gemaakt. De gezusters Jet en Emma Zeiler waren al op gevorderde leeftijd, respectievelijk 70 en 68 jaar. Bij gebrek aan opvolging werd in 1956 een gegadigde van buitenaf gevonden. Het hotel bestond toen precies 70 jaar, maar het tijdperk Zeiler was voorbij, hoewel het hotel nog enkele jaren onder dezelfde naam bleef bestaan.
De gezusters Jet en Emma gingen op Prins Hendriklaan 27 wonen. Emma overleed in 1973 in Zeist, Jet kwam nog onder verzorging in ‘Woelwijck’ aan de Emmalaan te wonen. Zij overleed in 1975. Beide zussen werden begraven op de nieuwe begraafplaats.
De graven van familie Zeiler
Zoals ik al aangaf heeft Willemijn Booy uitgebreid onderzoek gedaan naar de familie Zeiler. Door haar publicaties in tijdschrift Baerne was het voor mij mogelijk om deze samenvatting te schrijven. Er is echter een goede reden om deze geschiedenis weer onder de aandacht te brengen. Er zijn namelijk plannen om de graven van de familie Zeiler op de Nieuwe Algemene Begraafplaats aan de Wijkamplaan op zeer korte termijn te ruimen. Het graf van grondlegger Christiaan Fredrich Zeiler, zijn echtgenote en zoon Eduard lopen geen gevaar. Zij zijn begraven op de Oude Algemene begraafplaats aan de Berkenweg. Die begraafplaats is nu onder andere door mooie acties van de Historische Kring Baerne tot Gemeentelijk Monument verklaard. Dat graf zal voor ons nageslacht bewaard blijven. Drie graven van de kinderen van dit echtpaar zullen zeer binnenkort geruimd worden. Het betreft hier het graf van Hendrik Willem (Henk) Zeiler en zijn schoonzus Georgine Jeane Bender, het graf van Chistiaan Fredrich (Frits) Zeiler jr. en zijn echtgenote Johanna van Aken en het graf van Emma Henriëtte Zeiler en Henriëtte Johanna (Jet) Zeiler.
|
De drie graven van de familie Zeiler op de Nieuwe Algemene Begraafplaats aan de Wijkamplaan (Foto's: Geheugenvanbaarn.nl) |
Persoonlijk zou ik het heel erg jammer vinden als deze graven zouden verdwijnen. Natuurlijk is het een ethisch moeilijke vraag of deze personen ‘belangrijk’ genoeg waren om deze graven de bewaren. Is het graf van een bekende hotelier belangrijker dan die van die van een straatlantaarnaansteker uit het buurtje Santvoort? Natuurlijk niet! Wat dat betreft is iedereen gelijk, maar invloed van de familie Zeiler voor de ontwikkeling van Baarn staat wat mij betreft buiten kijf. Hotel Zeiler was voor Baarn zeer belangrijk. Door de aanleg van de spoorlijn zorgde hotel Zeiler samen met bijvoorbeeld het Badhotel en Hotel Velaars voor een grote aantrekkingskracht voor toeristen naar Baarn. Die toeloop zorgde er ook voor dat Baarn groeide en dat de villawijken ontstonden. Over hotel Zeiler is al veel geschreven en er zal ook in de toekomst nog over het hotel een de familie Zeiler geschreven worden. De graven vormen een tastbaar bewijs van het leven van de familie in Baarn. Ik vind dat reden genoeg om de graven te bewaren voor ons nageslacht.
Geheugenvanbaarn.nl heeft inmiddels een bericht aan wethouder Mark Eijbaard gestuurd en aan mevr. Carin Genemans, beheerder van de Nieuwe Begraafplaats met het verzoek om het ruimen van de graven in ieder geval uit te stellen zodat nagedacht kan worden of het besluit om de graven te ruimen de juiste beslissing is. Het zou jammer zijn als de graven geruimd worden en we later spijt van die beslissing krijgen. Want weg is weg.
Mijn verzoek aan de Gemeente Baarn is om nogmaals goed na te denken over de beslissing om de graven te ruimen. Bestaat er een mogelijkheid om de graven te behouden? Is die mogelijkheid er niet, of besluit de gemeente dat de graven inderdaad moeten verdwijnen, dan is dat zo. Maar dan hebben we er in ieder geval serieus over nagedacht.
Inmiddels heb ik van de beheerder, mevr. Genemans, de bevestiging gekregen dat het ruimen van de graven voorlopig wordt uitgesteld. Dat is goed nieuws! Ik heb met dit verhaal getracht om hiermee de relevantie van het behoud van de graven te onderbouwen. De bal ligt nu bij de gemeente Baarn om te beslissen of het bewaren van de graven mogelijk is.
Dank aan Willemijn en Frits Booy voor hun steun bij het plaatsen van deze oproep en de toestemming voor het gebruik van de publikaties in Baerne.